„Kerk moet in dialoog met atheïst”
DÜLMEN – Christenen moeten een kritische dialoog aangaan met humanisten. Daarvoor pleit de Duitse predikant Reinhard Hempelmann in het jongste nummer van het christelijke mediamagazine Pro.
Hempelmann is voorzitter van de Evangelische Zentralstelle für Weltanschauungsfragen (Evangelisch centrum voor levensbeschouwelijke vraagstukken). Deze organisatie heeft eerder materiaal ontwikkeld om christenen toe te rusten voor de omgang met aanhangers van de Scientologie Church, van esoterische groeperingen en van de radicale islam. Nu is er een stuk gepubliceerd waarin het opkomende atheïsme aan de orde komt. „We moeten de ogen openhouden. De maatschappelijke structuren die het christendom altijd hebben gedragen, verdwijnen langzamerhand. Het aantal mensen dat bij geen enkele religie hoort, is juist onder jongeren en hoger opgeleiden erg hoog. Het feit dat christenen nog een stevig aandeel hebben in de regeringen, is geen reden om ontspannen achterover te leunen.”
Zo’n 60 procent van de Duitsers is momenteel lid van een van de grote kerken. De laatste jaren roert het atheïsme zich echter in steeds sterkere mate. Atheïstische groeperingen vervangen godsdienstonderwijs op scholen door ”levenskunde”, openen eigen kinderdagverblijven en organiseren ”vrije” huwelijksvoltrekkingen. Toch ziet ds. Hempelmann, predikant van de evangelische kerk in Westfalen, het atheïsme niet echt als een bedreiging. „Dat is een groot woord. Maar het religieuze landschap is wel drastisch gewijzigd. Vijftig jaar geleden was meer dan 90 procent van de inwoners protestants of rooms-katholiek. We leven nu in een samenleving die zich kenmerkt door levensbeschouwelijke diversiteit. Meer dan een derde van de Duitsers –ruim 20 miljoen mensen– behoort niet tot een religie.”
Ds. Hempelmann vindt dat christenen de invloed van atheïstische groepen niet moeten overschatten. „Het aantal leden is zeer beperkt, niet meer dan 20.000, ondanks het publiciteitsoffensief. Bovendien is de beweging heel erg versplinterd.”
Wel geeft hij toe dat de kerk heeft onderschat wat het effect is van georganiseerd atheïsme op de menselijke behoefte aan zingeving. „Ze heeft wellicht ook te laat ingezien dat het niet meer vanzelfsprekend is dat het christelijke geloof van generatie op generatie wordt doorgegeven.”
De laatste jaren is het atheïsme zichtbaarder en in zijn profilering strijdbaarder geworden, constateert ds. Hempelmann. „Een deel van de atheïsten kijkt ronduit minachtend neer op mensen die geloven. Ik denk daarbij aan de actie uit 2009, waarbij bussen rondreden met daarop de tekst ”Er is (waarschijnlijk) geen God”.”
Ds. Hempelmann vindt dat ook atheïsten zich dienen te houden aan de spelregels die horen bij een respectvolle omgang met elkaar. Hij heeft dan ook geen goed woord over voor de provocerende stelling van Michael Schmidt-Salomon in zijn ”Manifest des evolutionären Humanismus”. Hij stelde daarin dat, als Gods Woord werkelijk waar is, God als tiran moet worden veroordeeld wegens misdaden tegen de menselijkheid. Ds. Hempelmann: „Dit zegt vooral iets over Schmidt-Salomon zelf. Maar het zou uiterst gevaarlijk zijn als zijn beweging getalsmatig heel groot wordt en zou proberen het atheïsme als leidend principe in de maatschappij gevestigd te krijgen.”
Met het Humanistische Verband Duitsland (HVD) valt volgens ds. Hempelmann wel te praten. „Deze beweging blijft niet steken in een afwijzende houding te aanzien van de kerken. Het HVD wil het atheïstische gedachtegoed ook positief uitdragen. Daardoor is dit verband eerder geneigd tot een dialoog met christenen.”