Veritas-forum: Ideaal belangrijk bij nadenken over moraal
Groningen – „Is er een fundering voor de moraal, of moeten we zonder anker en zonder moreel kompas ronddobberen?” Met deze vraag opende debatleider André Rouvoet woensdagavond het Veritas-forum.
Het forum had als onderwerp ”Het verhaal van de moraal” dat gisteravond voor het eerst aan de Groningse Rijksuniversiteit werd gehouden.
Veritas, het Latijnse woord voor waarheid, is een beweging die begon aan de Amerikaanse universiteit van Harvard. Sinds enkele jaren vinden is de beweging ook in Nederland actief.
Veritas probeert vanuit een christelijk perspectief bij zowel docenten als studenten een academisch debat op gang te brengen over grote levensvragen. Onder andere de universiteiten en hogescholen van Amsterdam, Leiden, Delft, Tilburg, Nijmegen en Middelburg gingen Groningen al voor.
Rouvoet expliciteerde aan het begin van de avond het doel van het forum. „Het doel is een gesprek. Het gaat vanavond niet om winnen of verliezen. Ik hoop dat we elkaar in het hart laten kijken en dat we onze persoonlijke motivatie met elkaar kunnen delen. De avond is wat mij betreft geslaagd wanneer er een open en eerlijk gesprek plaatsvindt.”
Voordat de debatleider de drie gastsprekers het woord gaf, hield hij de meer dan 300 studenten een moreel dilemma voor. „Wat zou je tijdens een tentamen doen wanneer je ontdekt dat tussen de opgaven per ongeluk een antwoordenmodel terecht is gekomen?” Door middel van een stemming met groene en rode briefjes wordt duidelijk dat ongeveer de helft van de aanwezigen dit zou gebruiken voor een goed cijfer, terwijl de andere helft dit niet zou doen.
De motivaties van de studenten liep uiteen van: „Ik doe er niemand kwaad mee”, en: „Ik zou achteraf spijt hebben de moraalridder te hebben gespeeld”, tot: „Ik zou het voor mijn gevoel niet kunnen maken.”
Hierna was het de beurt aan de gasten die waren uitgenodigd. De eerste spreker die het woord kreeg was prof. dr. Jan van Hooff, emeritus hoogleraar gedragsbiologie en socio-ecologie. Hij legt uit hoe hij als bioloog op zoek gaat naar de oorsprong van de moraal. „Volgens Darwin was datgene goed dat het eigen voortbestaan bevordert. Hier stuiten we op een dilemma. We zien veel dieren in een gemeenschap leven. Moet het dier voor het eigen belang of voor het groepsbelang gaan?”
Uiteindelijk was het goede volgens prof. van Hooff datgene dat het meest geschikt was voor het welzijn van de gemeenschap. „Zelfinteresse en egoïsme zijn dus slecht, medemenselijkheid en zorg voor de ander is goed.”
Als tweede sprak dr. Frank Hindriks, universitair docent ethiek. Hindriks voerde een pleidooi voor een moraal zonder absoluut fundament. „In het christelijk geloof is God de hoogste wetgever. De hoogste deugd is hier gehoorzaamheid. Is dit aantrekkelijk? De moraal komt dan niet meer uit jezelf, en niet uit je hart.”
In plaats van een moraal met een absolute basis, wil de docent ethiek naar een moraal die tot stand komt door zowel goed na te denken als door je hart te volgen. Dit is echter niet iets goedkoops. „Er komt wel iets uit, het is een doordachte en doorleefde mening. Bovendien moeten we dit niet alleen doen, maar in gesprek met elkaar. Waarden als gelijkheid, liefde en autonomie herkennen mensen overal.”
Dr. Antoine Bodar, rooms-katholiek priester, constateerde dat moraal tegenwoordig iets is van met elkaar afspraken maken. „Wij besloten met elkaar dat op een gegeven moment de vrucht in de moederschoot na een aantal weken pas een mens is.” Bodar legt uit dat er bij het nadenken over moraal sprake is van een ideaal. „Het ideaal is de toestand zoals de mens geschapen is voor de zondeval. We leven nu echter na de zondeval en er is dus een spanning tussen ideaal en werkelijkheid, tussen leer en leven, theorie en praktijk.” Zo moeten priesters dan ook met mensen omgaan, aldus Bodar. „Op de preekstoel een leeuw, maar op de biechtstoel een lam.”
Volgens Bodar is de Bijbel het uitgangspunt voor het ethische denken. „Echter, we hebben ook te doen met ons geweten. Bovendien moeten we ook zelf blijven nadenken. De omgang met de regels is belangrijker dan de regels zelf.”
Nadat de drie heren hun korte inleiding hadden gehouden, was er ruimte om op de gehouden referaten te reageren. Er werd gesproken over de functie en de oorsprong van het geweten, de verhouding tussen het hart en de ratio en over de universele rechten van de mens. Duidelijk werd dat alledrie het van belang vinden om zowel de ratio als het hart te gebruiken bij het nemen van morele beslissingen.
Bovendien bleek dat we niet als individu het goede zoeken, maar dat we de gemeenschap hiervoor nodig hebben. Op de vraag van een student of de moraal niet puur subjectief is, antwoordde prof. Hooff: „De moraal is niet puur subjectief. In essentie weten alle mensen iets van goed en kwaad, maar in de nadere specificering lopen de wegen uiteen.”
Klik hier voor de website van het Veritas-forum.