Opinie

Kennis van belijdenis moet leiden tot meebelijden op huidige fronten

Het is nodig dat christenen zich verdiepen in het belijden van de kerk, vinden Hendrik-Jan van Nieuw Amerongen en Jonard Roukens. Die belijdenis is niet statisch, maar vraagt meebelijden in confrontatie met de vragen van vandaag.

23 April 2012 21:19Gewijzigd op 14 November 2020 20:41
„Op onverwachte momenten kan de belijdenis ineens heel actueel worden.” Foto Anton Dommerholt
„Op onverwachte momenten kan de belijdenis ineens heel actueel worden.” Foto Anton Dommerholt

Belijdenisgeschriften, wat moet je ermee? Deze vraag leeft binnen de gereformeerde gezindte en ook binnen bijvoorbeeld een studentenvereniging als de CSFR. We zitten ‘opgescheept’ met drie eenheidsformulieren. Moeten we ze afschepen? Of zijn ze een gids voor ons levensschip?

Al in het Nieuwe Testament zien we allerlei fragmenten opduiken die het karakter van een geloofsbelijdenis hebben: bepaalde formules die de geloofsleer omschrijven. Dergelijke formules werden doorgaans geboren, daarna beaamd door de gemeente en later gestandaardiseerd en op een concilie aangenomen als officiële belijdenis.

Deze belijdenissen spreken zich vaak uit tegenover een duidelijk front. Ook geldt de uitspraak ”dogma is doxa”: de leer is tegelijk lofprijzing. De belijdenis geeft een stem aan het levende geloof van de kerk.

Pasmunt

Als we stellen dat de belijdenis zich altijd richt tegen een bepaald front, dan is daarmee ook direct de tijdbetrokkenheid van de belijdenis gekenschetst. De fronten van gisteren hoeven de fronten van vandaag niet te zijn. Het is telkens weer zaak om de goudschat van het Evangelie om te smelten naar de pasmunt van deze tijd.

Het is in het licht hiervan onverstandig om de belijdenis te benaderen als een absoluut en statisch document met algemene waarheden, waarbij ze haar organische karakter verliest en uit de tijd getrokken wordt.

Als we anderzijds de belijdenis op bepaalde punten wat bijschaven om haar te actualiseren, halen we haar uit de historische context naar onze tijd toe. Op die manier doen we geen recht aan de tijd­betrokkenheid van het belijdenisgeschrift.

Een wat meer postmoderne visie zegt ons dat de belijdenis als historisch bepaald document voor vandaag geen enkele waarde meer heeft. Ze is interessant om te onderzoeken, maar de inhoud ervan kunnen we terzijde schuiven. Deze visie doet echter geen recht aan het feit dat we spreken over ”kerkelijke” belijdenissen en staat daarom geestelijke kapitaalvernietiging voor.

Hoe wil de belijdenis dan verstaan worden? Als een gids in het lezen van de Bijbel en als een klank die weerklank wil vinden. Voor velen van ons heeft de belijdenis in werkelijkheid weinig waarde. De drie eenheidsformulieren worden overvloedig geprezen, maar weinig gelezen. Wat te doen?

Actieve houding

Wij pleiten voor een actieve houding –zowel gezamenlijk als individueel– ten opzichte van wat ons overgeleverd werd. Die houding behelst de volgende punten.

  1. Allereerst is het onontkoombaar dat we ons opnieuw verdiepen in wat belijden is, wat dit met de tijd en de Kerk te maken heeft en hoe het samenhangt met het werk van God. Bij hernieuwd onderzoek op dit vlak zullen we leren aanvoelen wat het betekent om een belijdenis te hebben en welke vragen er nu eigenlijk spelen in het kader van onze relatie tot de belijdenis.

  2. Vervolgens gaan we meebelijden. Belijden is zingen over God en dit lied vraagt erom meegezongen te worden. Dit meezingen kan niet zonder het werk van de Heilige Geest in een levende relatie met God. Het doel van dit meezingen is niet het verleden te kopiëren of te restaureren, maar wel een hervorming en weder­geboorte ervan.

  3. Ten derde gaan we op zoek naar de fronten van vandaag. Onderzoek naar de tijdgeest is hierbij onmisbaar. Welke paradigma’s regeren onze redeneringen? Welke wereldbeschouwing viert hoogtij?

Op onverwachte momenten kan de oude belijdenis dan ineens heel actueel worden. Een voorbeeld: de vraag en het antwoord uit de Heidelbergse Catechismus naar de „enige troost (dat wil zeggen ”houvast”, AvNA en JR) in leven en sterven” is verrassend in onze tijd waarin alles relatief en niets zeker lijkt.

Zekerheid

In lijn hiermee ligt dat we –alhoewel gehinderd door de kerkelijke verdeeldheid– opkomen voor de waarheid waar deze in onze tijd in het geding is. Ook kunnen dan antwoorden geformuleerd worden op vragen rondom Israël, het Koninkrijk van God, de zending, het postmodernisme enzovoorts.

Onze eeuw schreeuwt om antwoorden die zekerheid bieden en verder reiken dan de dood. Belijden is iets van de kerk. Het is daarom onze wens dat ieder die zich christen noemt, vanuit verootmoediging en dankbaarheid het lied van de kerk der eeuwen weer op de lippen neemt. Zodat we door het lezen en onderzoeken van de belijdenis meegenomen worden naar de schat van het Woord van God; met als doel „dat wij God leren kennen, en Jezus Christus, Die Hij gezonden heeft” (Joh. 17:3).

De auteurs zijn respectievelijk preses en abactis van het landelijk bestuur van de studentenvereniging CSFR. Dit artikel is gebaseerd op een artikel dat deze week verschijnt in het CSFR-orgaan De Civitate.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer