Kerk & religie

„Elk mens heeft onvervreemdbare waardigheid”

NIJKERK – „Het geweten is een kameleontisch begrip”, stelde dr. P. A. Verbaan woensdag in Nijkerk. „De één geeft er zijn leven voor, de ander haalt er zijn schouders over op.”

Kerkredactie
19 April 2012 09:20Gewijzigd op 14 November 2020 20:36
Foto Fotolia
Foto Fotolia

Dr. Verbaan, hervormd predikant in Ermelo, sprak op een conferentie rond de vraag ”Wie heeft er nog een geweten?” De bijeenkomst was belegd door de Confessionele Vereniging binnen de Protestantse Kerk.

„Je zou kunnen zeggen dat ”geweten” een kwestie is van schuivende panelen”, vervolgde de predikant, die vorig jaar promoveerde op het ”Geweten, de rehabilitatie van een theologisch begrip”. „Het geweten is vaak een lege huls die regelmatig van inhoud is veranderd.”

Daarom pleit dr. Verbaan ervoor het geweten als een symbool te zien, en als een relationeel begrip. „De Nederlandse vlag is een eind hout met een lap stof eraan, maar op Koninginnedag is hij meer dan dat. Zo is het geweten ook een symbolisch begrip.” Volgens de predikant is men het geweten vaak te realistisch gaan opvatten. „Het staat symbool voor ons, als mens.”

De reformator Maarten Luther moest er, aldus dr. Verbaan, niets van hebben als mensen luttele zaken tot gewetenskwesties verhieven. „Hij vergeleek het geweten met de tempel. Het voorplein staat voor het rituele gebruik van het geweten. Dat is het minst functioneel. Het heilige staat voor hoe de mens leeft. Leeft hij volgens Gods richtlijnen? Het heilige der heiligen staat voor de kern van het geweten. Daar kom ik erachter dat ik ook met mijn goede werken een zondaar ben. De veroordeling van de zondaar brengt hem bij Christus.”

Vanuit een andere hoek, de neurowetenschappen, sprak dr. Jeroen Geurts over bewustzijn en brein. Dr. Bert van Veluw, voorzitter van de vereniging, was blij met zijn komst. „Geurts is geen neurowetenschapper als Victor Lammes en Dick Swaab”, de auteur van de bestseller ”Wij zijn ons brein”. Hun interpretatie mist volgens dr. Van Veluw de geestelijke dimensie.

Toch wil dr. Geurts geen „knuffelatheïst” zijn. „Ik zeg niet dat wij ons brein niet zijn. Maar we zijn ook een collectief aan herinneringen; iets wat voorkomt uit het materiële, maar wat zelf niet materieel is.”

Dr. Geurts, hoofddocent aan het VU medisch centrum in Amsterdam, wil een onderscheid maken tussen religie als een wetenschappelijke vraag en religie als levensinvulling. Vanuit de wetenschappelijke hoek betoogt dr. Herman Philipse dat het atheïsme veel redelijker is dan het aanhangen van een religie. „Wat mij betreft hangt dat echter af van hoe je religie definieert”, aldus dr. Geurts. „Daar moet u ultramaterialisten zoals Swaab –mensen volgens wie alles beschreven kan worden in moleculen en materiaal– maar eens mee confronteren”, zo daagt hij het publiek uit.

Ook is het in de discussie rond het brein van belang om duidelijk te formuleren wat je verstaat onder ”vrijheid”, stelt dr. Geurts. Van prof. dr. Peter Hagoort, eveneens een neurowetenschapper, leerde hij dat er in de hersenen al activiteit is voordat de mens besluit om iets te ondernemen. „Je wordt dus niet gedreven door je eigen beslissingen, maar door je hersenactiviteit. Dus als ik u was, zou ik mijn vakbroeders een begripsfilosofisch kader voorhouden. Wat betekent vrije wil voor hen?”

Drs. Jan Eerbeek, hoofd van het Protestants Justitiepastoraat, benadert het geweten als derde spreker meer vanuit de praktijk. De justitiepredikant maakte drie soorten delinquenten mee, zegt hij. „Mensen met een volstrekt afwezig geweten, mensen met een beetje geweten en heel gewetensvolle personen.” Velen van hen hebben een fragmentarisch leven, zo stelt drs. Eerbeek. „Ze hebben geen levenbeschouwelijk of godsdienstig kader waarmee ze hun leven invullen.”

Toch heeft ieder mens volgens hem „een onvervreemdbare waardigheid. Dit is de kern van de joods-christelijke traditie. Ze is niet afhankelijk van een bepaalde maatschappelijke status.” Hierin ligt de basis van het justitiepastoraat, aldus drs. Eerbeek. „Je kunt de mensen aanspreken op hun verantwoordelijkheid. Ieder mens heeft als schepsel de vrije wil in relatie tot God om aan die waardigheid inhoud te geven.”

Evenals dr. Verbaan ziet drs. Eerbeek het geweten als een relationeel gegeven. Uit de zaal komt de vraag of een mens zonder relatie met God dan een gewetenloos mens is. „Als een mensenleven onder druk komt te staan, zie je de Godsvraag als vanzelf opkomen”, antwoordt drs. Eerbeek. „Daarom zou ik niet willen zeggen dat alleen een christen een geweten heeft.”

Dr. Verbaan draait de vraag liever om. „Het gaat erom dat God een relatie met de mens heeft. Het is een groot goed in de christelijke traditie dat er altijd geconcludeerd moet worden: God was allang met mij bezig.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer