Fernández de Kirchner zal het congres, waarin haar partij een meerderheid heeft, vragen in te stemmen met een wet die de onteigening van een controlerend belang van 51 procent in YPF mogelijk maakt. Die stap zal vooral ten koste gaan van het Spaanse Repsol dat 57,4 procent van de aandelen YPF bezit. Volgens Repsol is dat belang 10,5 miljard dollar (8 miljard euro) waard.

De voorgenomen nationalisatie leidde tot een fors koersverlies voor Repsol, dat dinsdagochtend op de beurs in Madrid 5,7 procent inleverde. Het belang in YPF vertegenwoordigde vorig jaar 21 procent van de nettowinst van Repsol.

De Spaanse overheid liet weten „duidelijke en krachtige maatregelen” te nemen tegen de „vijandige” actie. Repsol vindt de nationalisatieplannen in strijd met de wet en „ernstig discriminerend.”

De Mexicaanse president Felipe Calderon ziet het voornemen van zijn ambtsgenote als een bedreiging voor het investeringsklimaat in Argentinië. Ook brengt het plan in zijn ogen Repsol schade toe. De Mexicaanse staatsoliemaatschappij Pemex heeft een belang van 10 procent in Repsol.

De Europese Commissie uitte maandagavond, vlak na de bekendmaking van de plannen, haar zorgen over het ondernemersklimaat in Argentinië. Europa is een belangrijke afzetmarkt voor Argentijns sojameel.

Fernández de Kirchner liet de kritiek van zich afglijden. „Deze president zal niet ingaan op bedreigingen omdat ik het Argentijnse volk vertegenwoordig. Ik ben staatshoofd, geen bandiet.”

Chávez, die in zijn 13 jaar aan de macht vrijwel de gehele olie-industrie in Venezuela nationaliseerde, sprak zijn steun uit voor de plannen van Fernández de Kirchner. „Venezuela verwerpt de bedreigingen en pogingen tot intimidatie vanuit Europa en roept alle zustervolken op om Argentinië te volgen in de uitoefening van haar soevereine rechten.”