Groen & duurzaamheid

Onzinkbare Titanic gaat ten onder

Niets wijst erop dat de eerste reis van de Titanic in april 1912 meteen zijn laatste zal zijn. De zee is rustig, het schip geldt als onzinkbaar en de passagiers zijn opgetogen. De maidentrip eindigt echter in een drama.

Bart van den Dikkenberg

11 April 2012 16:33Gewijzigd op 14 November 2020 20:27Leestijd 6 minuten

Met een toenmalig prijskaartje van omgerekend 350 miljoen euro is de Titanic van rederij White Star Line het duurste, grootste en meest luxueuze passagiersschip van zijn tijd. Nergens is op bezuinigd. Het schip krijgt het beste van het beste: onder meer een squashhal, een zwembad, een rooksalon, een ziekenhuis en een bibliotheek.

Scheepswerf Harland & Wolff is apetrots. Vijftien volautomatisch sluitende waterdichte schotten maken de Titanic vrijwel onzinkbaar, beweert de scheepswerf. Publiek dat het machtige silhouet en de massieve bouw van het schip komt bewonderen, gelooft algauw dat het schip werkelijk niet kan zinken.

Reddingsboten zijn overbodig, meent directeur Bruce Ismay van rederij White Star Line. Om het uitzicht van de passagiers te verbeteren, wordt de helft van het geplande aantal sloepen geschrapt, zodat er nog zestien overblijven. Terwijl er ruimte is voor 64 exemplaren, waarmee maximaal 4000 mensen gered kunnen worden bij een calamiteit.

Als het schip op donderdag 11 april 1912 de toenmalige Britse haven Queenstown –het huidige Ierse Cobh– verlaat voor een oversteek van de Atlantische Oceaan, zijn er 888 bemanningsleden en 1319 passagiers aan boord. Van hen zullen 1511 mensen de reis niet overleven. Hieronder een tijdlijn van de gebeurtenissen.

11 april 01.30 uur: Vertrek uit Queenstown met 2204 mensen aan boord.

12-13 april: De Titanic legt 2335 kilometer af in rustig weer.

14 april 09.00 uur: De Britse lijnboot Caronia, die in de buurt vaart, waarschuwt voor ijs.

11.40 uur: De Nederlandse lijnboot Noordam rapporteert „veel ijs.”

13.42 uur: De Britse lijnboot Baltic rapporteert een ijsberg en drijfijs op 400 kilometer afstand. Kapitein Edward John Smith van de Titanic waarschuwt reder Bruce Ismay, maar deze stopt de waarschuwing in zijn zak en geeft Smith de opdracht onder geen beding vaart te minderen. Smith geeft commando voor een iets zuidelijker koers.

19.30 uur: De Titanic ontvangt drie ijswaarschuwingen van het Britse stoomschip Californian. Het ijs drijft nu op 80 kilometer afstand.

21.30 uur: De Titanic raakt ingesloten in een groot ijsveld. De uitkijkposten in het kraaiennest krijgen de opdracht uit te kijken voor ijsbergen.

22.00 uur: De matrozen Fred Fleet en Reginald Lee beginnen aan hun wacht in het kraaiennest. Het is die nacht helder, kalm weer bij nieuwe maan.

23.00 uur: De marconist van de Californian waarschuwt nogmaals voor het ijs. De marconist van de Titanic, die druk bezig is privételegrammen en „vriendelijke groeten” te versturen, onderbreekt hem echter ruw. „Ga weg. Houd je mond. Je blokkeert mijn signaal.”

23.39 uur: Fleet ziet op 455 meter afstand van het schip een ijsberg en slaat direct alarm. Stuurman Murdoch heeft de ijsberg eerder opgemerkt en is al begonnen aan een uitwijkmanoeuvre; maar door de hoge snelheid van het schip mislukt deze jammerlijk.

23.40 uur: Op volle snelheid schuurt de Titanic met de voorste stuurboordkant langs een bijna 300.000 ton zware ijsberg. Er ontstaan onder de waterlijn zes lekken op verschillende plaatsen voor in de romp met een totale oppervlakte van 1,18 vierkante meter.

23.50 uur: Kapitein Smith vraagt aan scheepsbouwer Thomas Andrews van Harland & Wolff of hij de schade wil opnemen.

15 april 00.00 uur: Andrews rapporteert dat het schip binnen twee uur zal zinken. De zes voorste compartimenten stromen snel vol met water, terwijl de Titanic met maximaal vier volgestroomde compartimenten kan blijven drijven.

00.05 uur: Mensen verzamelen zich bij de reddingsboten. Daarin is echter ruimte voor slechts de helft van de opvarenden. De bemanning is totaal niet voorbereid op de evacuatie, die vervolgens chaotisch verloopt.

00.15 uur: De Titanic zendt het eerste noodsignaal uit.

00.25 uur: Het Britse passagiersschip Carpathia, dat 93 kilometer verderop vaart, wijzigt zijn koers en schiet te hulp.

00.45 uur: De Titanic verstuurt voor het eerst het moderne SOS-signaal en schiet de eerste vuurpijlen af. De eerste reddingsboten zakken naar beneden. Officieren en bemanningsleden moeten de evacuatie uitleggen aan de passagiers als een oefening, om te voorkomen dat paniek ontstaat. Officieel geldt de regel ”vrouwen en kinderen eerst”, maar in de praktijk blijken passagiers van de eerste klas de meeste overlevingskansen te hebben.

01.15 uur: Anderhalf uur na de aanvaring begint de boeg van de Titanic voorover te hellen.

01.30 uur: De noodsignalen klinken steeds wanhopiger. „We zinken snel”; „vrouwen en kinderen in de sloepen” en „we houden het niet langer uit.”

02.05 uur: De laatste van de zestien reddingsboten plonst overvol, met meer dan zeventig personen, in zee. Van alle 1178 plaatsen in de sloepen zijn er slechts 823 benut, sommige tellen maar 12 vrouwen en kinderen, de mannen moeten onder bedreiging met een vuurwapen uitstappen. Het schip helt intussen verder voorover.

02.13 uur: Kapitein Smith wordt voor het laatst gezien op de brug van de Titanic.

02.17 uur: Laatste noodoproep. De boeg zakt onder water. Het orkest stopt met spelen –volgens overlevering speelde het kort daarvoor ”Nearer, my God, to Thee” (Nader, mijn God, tot U)– maar zeker is dat niet. Aan boord breekt paniek uit, mensen springen overboord. Een schoorsteen breekt af en verplettert mensen op het dek van de Titanic.

02.18 uur: Met een enorm geraas verplaatsen losse voorwerpen in het schip zich naar de boeg. De lichten flikkeren nog even en gaan dan voorgoed uit. Het schip breekt in tweeën, waarna het voorste deel snel zinkt, terwijl de stoomketels exploderen. De 35 technici die de elektriciteitsvoorziening en daarmee de pompmachines tot het laatste toe aan de praat hebben gehouden, worden meegesleurd in de diepte.

02.20 uur: De achtersteven keert snel terug in een horizontale positie, loopt snel vol water, richt zich nog even op en zinkt weg. In totaal komen er 1511 mensen om: ze verdrinken of overlijden door onderkoeling in het ijskoude water. Een van hen is kapitein Smith, die vrijwillig met zijn schip ten onder gaat.

03.00 uur: Ongeveer veertig minuten na de ondergang van de Titanic, verstommen de laatste hulpkreten uit het water.

04.10 uur: De Carpathia pikt de eerste overlevenden uit de reddingssloepen op uit zee.

08.10 uur: De Carpathia neemt de mensen uit de laatste sloep aan boord.

08.50 uur: De Carpathia zet koers naar New York. Aan boord overlijden verschillende slachtoffers door onderkoeling. De meesten krijgen een zeemansgraf.

18 april 09.00 uur: De Carpathia bereikt New York met 693 overlevenden. Onder hen is directeur Bruce Ismay rederij White Star Line, die een plaatsje in een reddingsboot van de Titanic bemachtigde terwijl er vrouwen en kinderen stonden te wachten op een plek. Om zijn houding stelt zowel de Amerikaanse als de Britse pers hem onder zware kritiek.

22 april-15 mei: Schepen zoeken naar lichamen van gestorven passagiers die in hun zwemvesten zijn blijven drijven en vinden er nog 328.

Dit is het eerste aflevering in een serie artikelen over de Titanic. Donderdag deel 2.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer