Advocaat Robert M. wraakt rechtbank
AMSTERDAM – Advocaat Wim Anker, die Robert M. bijstaat in de Amsterdamse zedenzaak, heeft maandag de rechtbank gewraakt. Dit nadat die had besloten dat ouders van slachtoffertjes spreekrecht krijgen.
M. en zijn advocaat vinden dat de rechtbank meer kijkt naar de belangen van de slachtoffers en de ouders dan naar de belangen van de verdachte. Ze eisen daarom nieuwe rechters.
M. vroeg zich af of Nederland een rechtsstaat is of „een ontwikkelingsland”, waar degenen met de beste banen en connecties het recht naar hun hand kunnen zetten. Hij zei dat hij beseft dat er „strafrechtelijke gevolgen” voor hem in het verschiet liggen, mede door zijn eigen bekentenis. Maar hij wil die gevolgen alleen aanvaarden als zij worden bepaald door rechters die in zijn ogen onpartijdig zijn.
Tijdens eerdere zittingen bekroop hem al het gevoel dat de rechters die zijn zaak behandelen dat niet zijn. „Keer op keer zag ik in de formuleringen: het achterliggend oordeel staat al vast. Dan kun je de hele zaak ook wel schriftelijk afhandelen.”
Het is niet alleen de beslissing over het spreekrecht die Anker en zijn kantoorgenoot Tjalling van der Goot de „objectieve vrees” heeft bezorgd dat rechtbankvoorzitter Frans Bauduin en zijn twee collega’s mogelijk vooringenomen zijn. Anker wees ook op uitspraken van Bauduin, die onlangs in dagblad Het Parool werden gepubliceerd. Ook daarin toont hij zich vooral begaan met de slachtoffertjes in de zaak, vindt Anker.
Het Openbaar Ministerie is het niet met de wraking eens. De advocaten van Richard van O. sloten zich niet bij het verzoek aan.
Dinsdagmorgen komen drie andere rechters in een zogeheten wrakingskamer bijeen, om op een openbare zitting het wrakingsverzoek aan te horen en erover te beslissen. De rechters van Robert M. hebben al aangegeven dat zij bij die gelegenheid willen worden gehoord. Het eigenlijke proces kan pas verder nadat over het wrakingsverzoek is beslist.
Vorig jaar werd de rechtbank in Amsterdam 50 keer gewraakt. Geen van die verzoeken slaagde.
Ouders
Robert M. komt „een beetje over als een slechte verliezer.” Dat zei Richard Korver, de advocaat van tientallen ouders van slachtoffers in de Amsterdamse zedenzaak, in reactie op het wrakingsverzoek van M. en zijn advocaten. Zij kwamen daar immers mee nadat de rechtbank opnieuw had besloten dat de ouders spreekrecht hebben, in tegenstelling tot wat zij graag willen.
Volgens Korver is M. bang voor wat ouders gaan vertellen over wat het misbruik van hun kinderen voor ze heeft betekend. „Het zou nog wel eens een redelijke impact kunnen hebben op deze zaak.” De advocaat denkt overigens dat het verzoek om nieuwe rechters „redelijk kansloos” is.
Spreekrecht
De advocaten van Robert M. en Richard van O. hadden maandag gevraagd om de ouders van slachtoffertjes geen spreekrecht toe te kennen, maar de rechtbank bleef bij zijn besluit om de ouders aan het woord te laten om vertellen wat de zedenzaak voor ze heeft betekend.
De raadslieden van de verdachten kwamen met hun verzoek naar aanleiding van een recent arrest van de Hoge Raad. Die had geoordeeld dat niet de rechter, maar alleen de wetgever het spreekrecht (dat normaal alleen voor slachtoffers geldt) mag uitbreiden.
Volgens de rechtbank zijn de zaak bij de Hoge Raad en de zedenzaak echter niet te vergelijken. Zo ging het bij de Hoge Raad om de vriendin van een slachtoffer. Daarnaast is de zedenzaak zo uniek, dat de wetgever bij het maken van de huidige regeling die niet voor ogen kon hebben gehad.
De rechtbank oordeelde ook dat advocaat Richard Korver niet het woord mag voeren namens een aantal ouders die hij vertegenwoordigt. Korver zei eerder maandag dat de rechtbank zich schuldig zou maken aan „de hertraumatisering van mijn cliënten” als zij terug zou komen op haar eerdere besluit.
Ook Robert M. zelf mengde zich in de discussie. „Voor zover ik weet is de wet gelijk voor iedereen”, zei hij.