De organisatie beschikt over voldoende goede kanalen om hulp te kunnen bieden.

Algemeen secretaris Van Heteren verwacht dat de plaatselijke gemeenten dit project zullen ondersteunen: „Iedereen heeft sinds 11 september het gevoel dat het recht moet zegevieren. Maar tegelijkertijd zijn we vanuit onze christelijke overtuiging ook sterk betrokken bij de nood van de Afghaanse bevolking.”

Het deputaatschap werkt in noodsituaties, zoals in Afghanistan, samen met de Amerikaanse organisatie World Relief, met lokale organisaties en voorzover mogelijk via de plaatselijke kerken. Het bedrag dat nu door het deputaatschap beschikbaar is gesteld, wordt gebruikt voor de aanschaf van dekens, het aanbrengen van watervoorziening, voedsel, kleding en medische zorg. De meeste hulpgoederen worden ingekocht in Iran. In een later stadium zullen er ook onderwijsprogramma’s voor kinderen opgezet worden.

In Iran bevinden zich ongeveer 1,5 tot 2 miljoen Afghaanse vluchtelingen. Het grootste deel woont daar al langere tijd. De vergeldingsaanvallen van de Verenigde Staten hebben tot nu toe veel minder mensen op de been gebracht dan aanvankelijk werd verwacht. Toch blijven hulpverleningsinstanties rekening houden met een extra toestroom van ongeveer 400.000 vluchtelingen.