Wij moeten niet alleen God bidden dat Hij onze oren wil openen en, zoals bij Lydia, ons hart wil ontsluiten. Wij moeten ook vragen of Hij, opdat wij met vreugde het zaad van het Woord ontvangen zouden, het ook wil verzegelen door Zijn Geest en de gezegende wasdom wil geven. Wat zal het dan zijn? Johannes zegt: Brengt dan vruchten voort. Een goede landman zal echter ook ledige vruchten vinden, aren zonder inhoud, bomen met veel bladeren en geen vrucht. Johannes zegt niet: Draagt maar veel vrucht. Hij zegt: Brengt veel vruchten voort. Wie plant een wijngaard en eet niet van de vrucht?Wat een bedroevende zaak is het dat God, die alwijze Landman, een wijngaard geplant heeft waarvan Hij de vrucht niet eet. Gelijk de profeet klaagt over de wijngaard van Israël. Hij had verwacht dat hij goede druiven zou voortbrengen, maar hij heeft stinkende druiven voortgebracht (Jesaja 5:2). Daarom heeft de Heere Zijn wijngaard verzet naar de heidenen. Het valt echter te vrezen dat Zijn klachten ook rechtvaardig zijn over ons en onze gemeente. Dat er aan deze, onze vijgenboom wel bladeren zijn, maar geen vruchten. En als er al vruchten zijn, dat het niet die zijn die de Heere verwacht en die Johannes hier verwacht.

O geliefden, laat ons met alle vlijt trachten vruchtbare bomen te mogen zijn en dat wij niet alleen bladeren mogen voortbrengen, maar ook veel vruchten.

Johannes Gerardi à Besten, predikant te Groningen (Geestelijke Apotheek, 1663)