Commentaar: VN machteloos in Syrië
Het lukt de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties nog steeds niet een ferm besluit over Syrië te nemen. Ook deze week houdt Rusland voet bij stuk.
„Het is geen Russisch beleid mensen te vragen af te treden”, zei minister Lavrov van Buitenlandse Zaken (zelf oud-ambassadeur bij de VN). Hij vreest dat het Westen de operatie in Libië willen herhalen. En die is Moskou slecht bekomen.
Hoewel hier en daar mensen binnen de VN spreken van „diplomatieke vooruitgang”, ligt het niet voor de hand dat de Veiligheidsraad snel een duidelijke veroordeling van het regime van de Syrische president Assad laat horen. En dat is ook te verklaren. Het hele internationale bestel staat op de grondslag van de ”nationale soevereiniteit”. Dat betekent dat elk land binnen eigen grenzen vrij is. Terughoudendheid is het motto in de internationale arena.
Over het algemeen werkt dit goed. Niemand hoeft in zijn huis meubilair te kiezen wat de buurman voorschrijft. Zo is ook elke regering vrij haar eigen belastingpolitiek te voeren. Maar hieraan zitten natuurlijk grenzen. Overlast hoeven we van onze buren niet te accepteren. Zo geldt dat bij staten ook. Bij grove schendingen van de mensenrechten hebben we zelfs de plicht in te grijpen. Vanuit die ”plicht tot beschermen” was het ingrijpen in Libië gemotiveerd.
Het is duidelijk dat Syrië die ‘overlast’ inderdaad geeft. Volgens berekeningen van de Verenigde Naties zijn tijdens de protesten inmiddels 5400 burgers gedood door regeringstroepen. Syrië staat bekend om zijn brute optreden en Assad staat bekend als dictator. Hoewel we weinig weten van wat er in Syrië gebeurt, is er wel alle reden zeer argwanend te zijn.
Maar de vraag is of de VN-Veiligheidsraad hier iets aan kan en moet doen. Plechtige verklaringen waarin geweld wordt veroordeeld, maken op dictators doorgaans weinig indruk. Het opleggen van sancties is altijd een mogelijkheid, maar die werken pas op lange termijn en raken meestal ook meer de zwakken dan de sterken. Voor Syrië dus niet echt geschikt.
Enkele maanden geleden leek het sturen van waarnemers een probaat middel. Deze ‘pottenkijkers’ zouden Assad kunnen intomen. Ook dit blijkt echter niet te werken.
Dan kom je al snel uit bij gewapend ingrijpen. Maar het is uitgesloten dat hiervoor een VN-mandaat komt. Dit zal bij meer lidstaten dan alleen Rusland aarzelingen oproepen. De operatie in Libië vorig jaar is immers behoorlijk tegengevallen. Het VN-besluit daarvoor was onder veel druk en met nog meer optimisme genomen.
Het duurde echter veel langer voordat Gaddafi was verslagen dan gehoopt. Bovendien trad de NAVO zo op dat ze wel de ”luchtmacht van de rebellen” werd genoemd. Dat viel buiten het mandaat. Het militair ondersteunen van een onderdrukte oppositie is niet de verantwoordelijkheid van de internationale gemeenschap.
Het is goed dat westerse diplomaten zich het lot van onderdrukte mensen aantrekken. Maar laten ze alstublieft niet de indruk wekken dat zij veel kunnen doen. In Syrië zijn de Verenigde Naties voorlopig volkomen machteloos. Jammer, maar helaas.