Het percentage rooms-katholieken dat Amerika binnenkomt, is ongeveer twee keer groot als het percentage rooms-katholieken dat er al woont. Dit blijkt uit een studie die is gefinancierd door de immigratie- en naturalisatiedienst in de VS. Volgens het onderzoek wordt Spaans nu het meest gesproken onder immigranten. Dit komt door het grote aantal Filipijnse immigranten. Zij passeerden de Afro-Amerikanen. De Chinezen vormen de grootste minderheid in de VS.

Van de Poolse immigranten is 92 procent rooms-katholiek, van de Dominicaanse immigranten is dat 86 procent. Op de derde plaats staan de Filipino’s met 82 procent. Van de emigranten uit Mexico is 78 procent rooms-katholiek, van mensen uit El Salvador 63 procent en van Vietnamezen 53 procent. Canadese emigranten zijn bijna voor de helft rooms.

Naast de 42 procent rooms-katholieke immigranten is 19 procent protestants en 4 procent oosters-orthodox. Christenen maken bijna tweederde deel uit van het totale aantal immigranten.

Het toenemende aantal rooms-katholieken is opmerkelijk, omdat Amerika als een protestantse naties is gesticht en een geschiedenis kent die losstaat van de trouw aan Rome. De enige rooms-katholieke president was John F. Kennedy, die met een flinterdunne marge won van de toenmalige vice-president Richard Nixon. De studie laat verder zien dat 8 procent van de immigranten moslim is, 4 procent boeddhist en 3 procent Joods of hindoe. Van de immigranten zegt 15 procent geen religie te hebben. Het grootste gedeelte van hen komt uit China, Taiwan en Rusland.