„Lazard was er voor waardering Fortis en ABN AMRO”
DEN HAAG – Zakenbank Lazard was als adviseur van de staat verantwoordelijk voor de waardering van Fortis en ABN AMRO, toen het Nederlandse kabinet begin oktober 2008 besloot de bank te nationaliseren voor 16,8 miljard euro.
Dat zei oud-topambtenaar van het ministerie van Financiën Bernard ter Haar vrijdagmorgen bij de parlementaire enquêtecommissie-De Wit, die de bankensteun ten tijde van de kredietcrisis onderzoekt. „Daar hadden we ze voor ingehuurd”, zei Ter Haar.
De enquêtecommissie probeert deze week in extra verhoren te achterhalen of Nederland met 16,8 miljard te veel heeft betaald voor Fortis en ABN. Later moesten er nog miljarden bij om de bank overeind te houden. Inmiddels staat de teller op ruim 30 miljard euro.
Woensdag bleek dat een andere topambtenaar van Financiën, Erik Wilders, nooit van Lazard had begrepen dat een bedrag van 2,3 miljard euro niet een boekverlies was maar een kapitaaltekort en daarmee in de waardering van Fortis en ABN had moeten worden opgenomen. Ter Haar sloot zich vrijdag aan bij de versie van Wilders.
De commissie zal later vrijdag nog spreken met in de achterban Bos, die destijds als minister van Financiën de belangrijkste persoon bij de aanpak van de kredietcrisis in Nederland. Hij was verantwoordelijk voor de steunmaatregelen aan de financiële sector. Bos zei tijdens een eerder verhoor dat de betaalde prijs voor ABN AMRO en Fortis Bank Nederland goed en acceptabel was.
Ook oud-DNB-president Wellink komt opnieuw langs bij de commissie. DNB en Wellink persoonlijk hebben in de nasleep van de kredietcrisis veel kritiek gekregen op hun toezicht op de financiële sector en op hun optreden rond de failliete IJslandse internetspaarbank Icesave en de verkoop van ABN AMRO. Tijdens eerdere verhoren verdedigde Wellink zich door te stellen dat niemand de ineenstorting van het financiële systeem had voorzien.