De enigszins onrustige jaarwisseling van 2017
„Goedemorgen. Het is vandaag 1 januari 2017. Hier volgt een extra nieuwsuitzending. In ons land is tijdens de jaarwisseling een nog onbekend aantal doden en gewonden gevallen. Ook is er sprake van een ongekende ravage. Uit het hele land komen meldingen van opgeblazen gebouwen. Ook kwam het in de grote steden tot complete veldslagen tussen relschoppers en hulpverleners. Ambulancepersoneel werd met vuurwerkraketten en mortiergranaten beschoten. Om het uur werd door de onruststokers een pauze ingelast om speciale teams van het Rode Kruis de gelegenheid te geven de slachtoffers af te voeren.
Politiekorpsen waren massaal op de been en hadden zich voorzien van een bomwerende uitrusting. Alle verloven bij de sterke arm waren ingetrokken. Ook werd in diverse steden het leger ingezet. Ondanks de uitgebreide voorzorgsmaatregelen moesten talloze agenten met ernstige verwondingen in het ziekenhuis worden opgenomen. Melding wordt gemaakt van afgerukte ledematen en verwondingen als gevolg van granaatscherven. In enkele grote steden konden de ziekenhuizen de toestroom van slachtoffers niet meer aan. Daar werden noodhospitalen ingericht. Sommige ziekenhuizen hebben een beroep gedaan op crisisteams van Artsen zonder Grenzen.
De grote aantallen slachtoffers zijn vooral het gevolg van het steeds zwaarder wordende vuurwerk. Die trend begon ruwweg rond de jaarwisseling van 2011 op 2012. Voor het eerst was er toen sprake van massale import van illegaal vuurwerk uit het vroegere Oostblok. Met name Pools vuurwerk is sindsdien razend populair geworden. Het illegale vuurwerk uit Oost-Europa veroorzaakte in eerste instantie vooral veel oogletsel. Een woordvoerder van het Oogziekenhuis in Rotterdam noemde de situatie in Nederland tijdens de jaarwisseling van 2011-2012 „absurd.” Het aantal oogletsels door vuurwerk tijdens twee jaarwisselingen was volgens hem gelijk aan het totale aantal beschadigde ogen bij alle soldaten uit de Verenigde Staten die in Irak hebben gevochten.
Sinds de jaarwisseling van 2011-2012 is de situatie verder geëscaleerd. Twee jaar later dook zulk zwaar vuurwerk op dat voor het eerst op grote schaal ruiten van woningen en kantoren sprongen. Een jaar later moesten in sommige wijken de ramen van de woningen worden dichtgespijkerd. Ook werden toen tientallen auto’s opgeblazen. De politie sprak desondanks nog steeds van een rustige jaarwisseling.
De grenscontroles zijn sinds de hausse aan vuurwerk vanuit Oost-Europa drastisch verscherpt, maar het effect daarvan is beperkt. Steeds meer vuurwerk wordt via Poolse webwinkels verstuurd. Die zijn de laatste vijf jaar als paddenstoelen uit de grond geschoten. Voor postbodes brengt dat grote risico’s met zich mee. Vorig jaar ging een postsorteercentrum de lucht in nadat een Pools pakket spontaan vlam had gevat.
De namen die het vuurwerk tegenwoordig dragen, geven de trend goed aan. Heetten vuurwerkexplosieven in 2011 nog Nitraatbom en Bazooka, anno 2017 hebben Tomahawkraketten en Total Destroyers hun intrede gedaan. Ook heeft het carbidschieten een nieuwe vorm aangenomen. De melkbussen zijn verwisseld voor heuse kanonnen. De ijzeren ballen die hiermee worden afgeschoten, hebben een vernietigende uitwerking. Overal in het land blijken op deze wijze verwoestingen te zijn aangericht.
De korpschefs maken in een gezamenlijk persbericht melding van „een jaarwisseling die hier en daar een enigszins onrustig verloop had.” De Vereniging van Ziekenhuizen dringt in een persverklaring bij het kabinet aan op vergaande maatregelen. „In veel ziekenhuizen was sprake van een regelrechte chaos”, aldus de vereniging.
Al twintig jaar lang wordt door maatschappelijke organisaties en sommige politieke partijen aangedrongen op stringente maatregelen om een verdergaande escalatie te voorkomen. Dat heeft tot nu toe weinig uitgehaald. De overheid wimpelt een verbod op particulier vuurwerk categorisch af. Premier Verwildert (Partij voor de Tokkies) zei in een gesprek met de staatszender PowPowNews dat „Henkie en Huppie” recht hebben „op hun jaarlijkse feestje.” Daarom voelt hij niets voor een vuurwerkverbod. Wel zei hij zich zorgen te maken over de inzet van het leger. Die bestond uit het op de been brengen van enkele honderden manschappen. Zij behoren tot het laatste garnizoen dat nog actief is. Op een terrein diep in de Veluwse bossen hadden zij nog enkele tientallen pantservoertuigen en een vijftal tanks verborgen weten te houden. Die waren zodoende niet wegbezuinigd. Tijdens patrouilles in de grote steden kwam dit materieel goed van pas. Wijken die voor de politie te onveilig waren geworden, de zogeheten no-go-area’s, konden nu met behulp van pantservoertuigen enigszins onder controle worden gehouden. Wel klaagden de militairen over de zogeheten comazuipers die bij tientallen de weg versperden. Zij moesten per ambulance worden afgevoerd voordat de legervoertuigen hun weg konden vervolgen.
Tot zover het extra nieuwsbulletin. Ik wens u een fijne voortzetting van het pas begonnen jaar.”