Stroomstoot van 110.000 volt door ooievaar Myrthe
DE SCHIPHORST – Ooievaar Myrthe zorgde voor een fikse stroomstoring. Ze viel in een transformatorstation. Zwaar gewond werd ze naar ooievaarstation De Lokkerij bij De Schiphorst gebracht. Daar ging ze ondanks een liefdevolle verzorging in juli toch nog dood.
Zwief, zwief! De vleugels van tientallen ooievaars vervullen de lucht met een zwiepend geluid. Met een gemiddelde vleugelspanwijdte van 2,25 meter is dat niet verwonderlijk. „Ze zijn vroeg vanmiddag”, zegt Frits Koopman (74) van ooievaarsstation De Lokkerij. De beheerder van het buitenstation wilde net even naar het dal van de Reest lopen, een laaglandbeek op de grens van Overijssel met Drenthe.
De 150 ooievaars die in de winter in de buurt van De Lokkerij blijven, hebben deze middag naar eten gezocht in het Reestdal. ’s Avonds worden de 150 overwinteraars door Koopman bijgevoerd met eendagskuikens. „Als we daarmee stoppen, zou er een enorme terugval kunnen plaatsvinden in de populatie. De kans is groot dat de ooievaar dan weer uitsterft als broedvogel in Nederland.”
De beruchtste ooievaar van Overijssel was dit jaar Myrthe, een vrouwtjesooievaar die samen met haar man had besloten een nest te bouwen op een transformatorstation in de buurt van Zwartsluis. Als manlief op 17 april in gevecht gaat met een rivaal, kukelt Myrthe van het nest en valt in het verdeelstation. Het beest krijgt een stroomschok van 110.000 volt.
De gevolgen van de kortsluiting zijn enorm. Ongeveer 60.000 huishoudens in en rond Meppel, Hoogeveen, Kampen en Zwolle zitten een klein halfuur zonder stroom. De intercity’s op het spoor Groningen-Zwolle staan twintig minuten stil.
Medewerkers van Tennet vinden de gewonde Myrthe in het verdeelstation en waarschuwen de dierenambulance Meppel. Die brengt de ooievaar naar het echtpaar Koopman van De Lokkerij.
Samen met vogelarts Jan Hooimeijer uit Meppel doet het echtpaar al het mogelijke om het beest in leven te houden. „In het begin gaven we haar sondevoeding. We stopten een slang in de keel en goten daar vloeibaar voedsel door.”
Myrthe lijkt door de goede zorgen te genezen. Ze gaat zelf weer wat eten, de ernstige kwetsuren genezen en haar verbrande slagpennen groeien weer aan. Op een dag in juli wil ze plotseling geen eten meer. Nog een dag later ligt ze dood in haar hok. Als de vogelarts de ooievaar opensnijdt, ziet hij dat de vitale organen als het ware gekookt zijn door de elektrocutie in april. „Bijzonder dat ze nog zo lang in leven gebleven is”, vindt Koopman.
Het echtpaar moest wel even slikken toen de ooievaar na drie maanden intensieve verzorging toch nog doodging. „Je raakt wel aan zo’n beest gehecht als je het iedere dag in handen hebt.” Koopman is NS Reizigers dankbaar, die ondanks de stilstaande treinen toch een stevige donatie gaf ter bestrijding van de kosten.
Koopman kan achteraf wel het nut van de kwestie inzien. „Als er voortaan zo’n geval wordt aangetroffen, zullen we misschien adviseren het beest in te laten slapen. Hoewel de vogel aan de buitenkant redelijk genas, was binnenin alles onherstelbaar kapot.”
Met zichtbaar genoegen kijkt de 74-jarige Koopman naar een stelletje ooievaars op het dak van zijn huis. „Kijk, die vogels zijn al rond de dertig jaar oud. Ze wonen hier vanaf het begin in 1981. Gemiddeld brengen ze ruim twee jongen per jaar groot. Dat betekent dat er al zestig nakomelingen van dit stel op de wereld rondvliegen. Schitterend toch?”
Op zoek naar het verhaal achter opmerkelijke berichtjes van het afgelopen jaar. Vrijdag deel 4 in een serie.