Eis: Taakstraf voor internetpedofiel
Officier van justitie M. Panhorst heeft voor de rechtbank in Alkmaar negen maanden voorwaardelijke celstraf en een taakstraf van 180 uur geëist tegen de 41-jarige C. K. uit Alkmaar. De man zou zich hebben schuldig gemaakt aan het verleiden van minderjarige jongens via internet.
De man zocht op internet via chatboxen contact met minderjarige jongens. Hij deed ze vervolgens het voorstel bij hem thuis pornofilms te kijken „en misschien zelfs seks te hebben.” Begin januari 2002 maakte hij een afspraak met de 15-jarige David. De twee spraken af op station Alkmaar-Noord. Daar aangekomen stapte niet David, maar misdaadjournalist Peter R. de Vries bij de man in de auto. Kort hierop werd de Alkmaarder aangehouden.
Tegenover de rechter verklaarde de man niet geweten te hebben dat de jongen slechts vijftien jaar oud was. Uit e-mails en chatgesprekken blijkt echter dat hij dit wel degelijk wist. Ook tegenover de politie heeft de man toegegeven geweten te hebben dat de jongen minderjarig was. Hij gaf toe gevoelens te hebben voor jongens van vijftien tot zeventien jaar. „Maar dat zijn geen seksuele gevoelens”, benadrukte de man tegenover de rechtbank. „Ik vind het gewoon leuk met ze om te gaan.”
Enkele maanden nadat hij was aangehouden, ging de man opnieuw in de fout. Dit keer nodigde hij een 11-jarige jongen uit naar een plaats in Alkmaar te komen voor seksuele handelingen. Nadat het kind zijn ouders had ingelicht, nam zijn vader de rol van chatter over en sprak af. Hij zag de blauwe auto van de man op de afgesproken plek arriveren en weer vertrekken. Bij een tweede afspraak noteerde de vader het kenteken van de auto, waardoor de politie weer bij K. terechtkwam.
K. ontkent dit verhaal volledig. Hoewel de auto en het kenteken kloppen, evenals het signalement van de bestuurder. Ook de chatnaam die K. op internet gebruikte, komt overeen. De officier acht het voorval wettig en overtuigend bewezen.
K. is in het dagelijks leven werkzaam als docent Nederlands en Engels. „Vanuit uw professie weet u toch wat wel en niet mag met jonge kinderen?” vroeg rechter R. van Zutphen. K. gaf vervolgens aan de feiten te betreuren. „Ik weet echt niet wat me bezielde.”
De rechtbank doet uitspraak op 30 juli.