Voorafgaand aan de begrafenis sprak ds. J. W. Scheurwater in de rouwdienst over Johannes 12:26b: „En waar Ik ben, aldaar zal ook Mijn dienaar zijn. En zo iemand Mij dient, de Vader zal hem eren.”

Ds. Scheurwater richtte zich na de preek tot hen die aanwezig waren namens de gemeenten die ds. Snijder gediend heeft en zei over de overledene: „In alle eenvoud heeft hij her en der de mensen van kleding laten verwisselen. De vuile kleding aan Christus gegeven, en de schone kleding van Christus aan de mensen gegeven.”

De predikant riep op om predikanten die zijn overleden te gedenken „in het allerheiligst geloof”. „En laten wij beseffen dat het inderdaad mensen zijn die Hij roept. Maar Hij weet wie Hij roept. God wil uitgerekend door mensenkinderen Zijn Koninkrijk opbouwen. En eens zullen wij zien wat het gezaaide heeft opgeleverd. Het zal overweldigend en overvloedig zijn. Laten we daarom dankbaar zijn dat deze dienstknecht met de hem geschonken gaven in deze gemeenten heeft mogen dienen.”

Op de begraafplaats werden dankwoorden uitgesproken. Daarna las ds. Scheurwater enkele passages uit Openbaring 21. Met het zingen van een psalm en het uitspreken van het Onze Vader werd de plechtigheid besloten.