Erdogan haalde in de rede hard uit naar Assad. Hij verwees naar verdreven en gedode dictators als nazileider Adolf Hitler, fascistenleider Benito Mussolini, de Roemeense dictator Nicolae Ceausescu en de Libische kolonel Muammar Gaddafi.

Turkije uit voortdurend harde kritiek aan het adres van zijn voormalige bondgenoot Syrië. Een interventie gaat Erdogan echter te ver. „Het bekritiseren van een dictator die wapens gebruikt tegen zijn eigen volk is geen inmenging in interne aangelegenheden, het is geen oproep aan de wereld voor een militaire interventie”, aldus de premier. Hij ontkende bovendien dat Turkije het gewapende verzet tegen Assad steunt.

Erdogan riep Assad op degenen op te sporen die achter aanvallen zitten op Turkse pelgrims en diplomatieke posten in Syrië.