Niet scheiden
Romeinen 8:38
„Ik ben verzekerd dat noch tegenwoordige noch toekomende dingen ons kunnen scheiden van de liefde Gods.”
Menig zwak oprecht kind van God –wie het in het heden redelijk goed gaat– is bekommerd over de vraag wat hem in de toekomst kan overkomen. Dikwijls denkt hij bij zichzelf: „Het gaat mij nu aardig goed, ik bevind mij gewillig tot de dienst des Heeren; dus drukken mij ook geen toekomstige moeilijkheden terneer. Als het mij altijd zo bleef gaan, zou ik geen twijfel kennen, ik zou het wel tot het einde volhouden. Maar wat weet ik ervan welke bange benauwdheden mij nog te wachten staan, ja, mij nu al boven het hoofd hangen? Wanneer deze over mij gaan losbreken, zou ik het niet kunnen verdragen. Ik heb mijn leven lang een stil en rustig leven geleid, mij zijn niet veel moeilijkheden overkomen. Hoe ontzettend zou ik vrezen als mij een zorgelijk leven overkwam. Daarom ben ik er zo bang voor, wanneer ik deze gewone levensgang missen moest, dat ik gemakkelijk vervoerd zou kunnen worden en in mijn christelijke wandel bezwijk.”
Hiertegenover stelt de apostel deze vertroosting: „Neen! toekomende dingen die u nog kunnen overkomen, zullen u niet scheiden van de liefde van God.”
Willem Teellinck, predikant te Middelburg (”De standvastige christen”, 1620)