Nederland is een van de tien EU-lidstaten die de toegang van Roemenen en Bulgaren nog beperken. Den Haag moet voor 31 december besluiten of het die beperkingen wil handhaven, wat nog maximaal 2 jaar kan.

Volgens Brussel vullen arbeiders uit de twee Oost-Europese EU-staten vacatures op waarvoor een tekort aan werknemers is, zoals in de bouw en horeca. De komst van de Roemenen en Bulgaren leidt niet tot meer werkloosheid bij de andere werknemers in het land.

De lonen zouden slechts iets meer dan een kwart procent dalen, aldus de commissie. Ook doen werknemers die in een ander EU-land werken niet onevenredig vaker een beroep op uitkeringen. Volgens de commissie heeft het beperken van het vrij verkeer van werknemers juist negatieve gevolgen, zoals een toename van het zwartwerken.

Landen die nog tot en met 31 december 2013 Roemenen en Bulgaren willen weren, mogen dat alleen als zij te maken hebben met een ernstige verstoring van de arbeidsmarkt of dat vrezen. Spanje kreeg toestemming tot eind volgend jaar Roemeense werknemers tegen te houden.

Minister Henk Kamp (Sociale Zaken) heeft al eerder laten weten dat wordt overwogen om voor Roemenen en Bulgaren een werkvergunning te blijven eisen tot 2014. Dit is ook vorig jaar in het regeer- en gedoogakkoord van VVD, CDA en PVV afgesproken.

Kamp wilde vrijdag niet reageren op het rapport van de Europese Commissie. Het kabinet streeft ernaar om eind deze maand of begin december een besluit te nemen en zal dan ook ingaan op het rapport.