Wetenschap & techniek

Remeha Evita: elektriciteit uit eigen cv-ketel

Huishoudens kunnen straks honderden euro’s besparen op hun energierekening, claimt cv-ketelfabrikant Remeha. Het Apeldoornse bedrijf kwam eind vorig jaar als eerste met een ultrazuinige verwarmingsketel die elektriciteit opwekt.

10 November 2011 12:26Gewijzigd op 14 November 2020 17:36
eVita. Foto Remeha
eVita. Foto Remeha

Met de nieuwe eVita-cv-ketel wekken huishoudens niet alleen warmte maar ook elektriciteit op, legt Evert de Boer, manager productontwikkeling bij Remeha, uit. „Ze kunnen daarmee flink geld en energie besparen.” Voor een middenwoning zou dat elk jaar gaan om een meevaller van ruim 300 euro, in vergelijking met de huidige hr-ketel.

„Een nog betere hr-ketel maken, was geen optie: het rendement van 107 procent was niet verder meer op te schroeven.” Remeha zette echter nog geen punt achter de ontwikkeling van de cv-ketel, maar boog zich vijf jaar geleden over zijn opvolger, de HRe, een hr-ketel die ook elektriciteit kan opwekken.

De belangrijkste reden daarvoor was volgens De Boer dat nieuwe energiezuinige verwarmingssystemen meestal niet geschikt zijn voor bestaande huizen. „Moderne warmtepompen kunnen bijvoorbeeld alleen in zeer goed geïsoleerde nieuwbouwhuizen geplaatst worden. In bestaande woningen zijn ze vaak lastig in te bouwen.” De HRe-ketel moest daarom bij voorkeur veel techniek delen met zijn voorganger.

De fabrikant greep terug op de stirlingmotor, een uitvinding van de Schotse dominee Robert Stirling, die er in 1817 patent op kreeg. Remeha bouwde deze beproefde techniek in een hr-ketel.

De stirlingmotor maakt gebruik van heliumgas, dat uitzet bij verwarming en krimpt bij afkoeling. Door afwisselend uitzetten en krimpen danst een magnetische zuiger heel efficiënt op en neer, zo’n vijftig keer per seconde. De zuiger passeert bij elke slag een spoel en wekt zo elektriciteit op.

„Voor het verwarmen van het helium gebruikt de stirlingmotor wel een beetje extra aardgas. Het opwekken van elektrische energie heeft er echter veel efficiënter plaats dan in een gewone elektriciteitscentrale die ook op aardgas draait. Daar gaat 60 procent van de energie verloren, terwijl de HRe-ketel bijna al die warmte benut om elektriciteit op te wekken.”

Terwijl De Boer het principe uitlegt, lijkt het alsof de ontwikkeling van de nieuwe ketel van een leien dakje is gegaan. „Dat is echter allerminst het geval. We moesten bij wijze van spreken elke dag weer naar school, elke dag weer puzzelen. Daarbij was de ene hobbel gemakkelijker te nemen dan de andere. De kinderziekten moesten er wel uit.”

Een hardnekkig probleem met de stirlingmotor was dan ook de reden waarom de levering van de nieuwe ketel kort na de introductie werd gestaakt. Volgens de manager productontwikkeling zou deze kinderziekte nu verholpen moeten zijn.

De nieuwe ketel, door Remeha eVita genoemd, moet op termijn de hr-ketel opvolgen. Maar het kan volgens De Boer nog jaren duren voordat het systeem enigszins betaalbaar wordt. Nu is de aanschafprijs van 10.500 euro hoog. Een overheidssubsidie van 4000 euro moet de pijn in de beurs een beetje verzachten en de eerste klanten over de streep trekken.

„Voor die klanten is het belangrijk dat ze weten of de eVita bij hun leefpatroon past. We doen dat met de zogeheten matchmaker op onze site, die heel transparant aangeeft of de ketel voor hen een goede investering is.”

De Boer hoopt dat woningbouwcorporaties de eVita massaal omarmen. Hij heeft aan enkele woningcorporaties in Apeldoorn al 173 ketels verkocht. „Daar loopt het project ”Smart power city” waar onze ketel prima in paste. Deze instanties zijn belangrijk voor Remeha om verkoopaantallen te halen, waardoor de prijs van met name de stirlingmotor op den duur kan zakken. Het moet uiteindelijk zo worden, dat de ketel zich binnen vijf à zes jaar weer terugverdient.”

>>www.remeha.nl


Meer dan 100 procent

De eVita van ketelfabrikant Remeha heeft een rendement van 147 procent, fors meer dan de 107 van de gewone hr-ketel. Hoe krijgen ze dat eigenlijk voor elkaar?

Evert de Boer glimlacht veelbetekenend en pakt er een schema bij. „Het uitgangspunt is dat 1 kuub aardgas bij verbranding 100 procent warmte oplevert. Onze hr-ketel houdt met die warmte heel efficiënt de centrale verwarming op temperatuur.”

Dat is echter niet het hele verhaal. Wanneer aardgas verbrandt, komt daarbij ook waterdamp vrij. De Boer: „Waterdamp condenseert in een warmtewisselaar tot vloeibaar water. Dat levert ook warmte op, waarmee het totale rendement van de hr-ketel op 107 procent uitkomt.”

En dan is er de eVita, een hr-ketel die behalve warmte ook elektriciteit opwekt. „De eVita heeft een hr-ketel met een rendement van 107 procent”, aldus De Boer. „We hebben daar een elektrische centrale aan toegevoegd.” Waar een grote gasgestookte elektriciteitscentrale slechts 40 procent van zijn warmte benut, gebruikt de eVita bijna alle energie om zowel water te verwarmen als elektriciteit op te wekken.

Volgens de rekenmethode die de EU voorschrijft, behaalt de eVita zo een rendement van 147 procent ten opzichte van de gasgestookte centrale, legt De Boer uit. „Wanneer de elektrische energie die het huis binnenkomt echter met een kerncentrale of met waterkracht wordt opgewekt, zal dit percentage lager uitvallen.”


Spaarvarken

Voor de energie die een wasmachine in een uur nodig heeft (1 kWh), verbruikt de eVita 120 liter gas. Dat kost de gebruiker 6,5 eurocent. Zou hij dezelfde elektriciteit van zijn leverancier betrekken, dan was hij 23 cent kwijt geweest. Nu bedraagt het voordeel 16,5 cent.

Elk jaar levert de eVita ruim 2000 kWh, de helft van wat een gewoon huishouden nodig heeft. Dat bedrag vermenigvuldigd met 16,5 cent levert een jaarlijks een besparing op van 330 euro.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer