Rechter bekijkt uitlevering familie Moro opnieuw
De kortgedingrechter in Den Haag moet zich opnieuw buigen over de uitlevering van vijf leden van de familie Moro. Het gerechtshof in Den Haag heeft dat donderdag bepaald. De Verenigde Staten wil de vijf leden van de zigeunerfamilie berechten voor onder meer winkeldiefstallen. Het hof vindt dat de lagere rechter eerst een aantal argumenten van de familie tegen uitlevering moet behandelen.
Ouders Angelo en Sali Moro en hun dochter, zoon en schoonzoon stapten naar het hof omdat ze niet geconfronteerd wilden worden met het Amerikaanse systeem van plea bargaining. Dat wil zeggen dat een verdachte schuld kan bekennen in ruil voor strafvermindering. Het gerechtshof ziet de plea bargain niet als een belemmering voor de uitlevering, maar gaf nog geen groen licht voor de overdracht.
De voorzieningenrechter moet zich nu buigen over enkele andere argumenten die de verdachten tegen de uitlevering hebben aangedragen. Een van de struikelblokken is dat de familieleden statenloos zijn, waardoor het mogelijk is dat ze na de juridische procedures niet meer kunnen terugkeren naar hun kinderen en andere verwanten in Nederland.
Advocaat B. Tieman van de Moro’s toonde zich blij met het uitstel. Hij ziet nog mogelijkheden die gunstig zijn zowel voor de belangen van zijn cliënten als voor de banden tussen Amerika en Nederland. „Want Nederland wil niet zomaar de uitlevering aan de Verenigde Staten weigeren.” Over die mogelijkheden wil Tieman contact opnemen met minister Donner van Justitie. Wanneer het nieuwe geding dient, is nog onbekend.
Ondertussen loopt bij de rechtbank in Den Bosch ook nog een procedure die over de vrijlating van de verdachten gaat. Half juni besloot de rechter in Den Bosch de vijf familieleden op humanitaire gronden vrij te laten. Zij hebben meer dan twee jaar vastgezeten in afwachting van hun uitlevering.