„Ik sta volledig achter die zaak”, zei Blair. „Ik spreek iedere suggestie tegen dat wij het parlement of het volk hebben misleid.” Maandag oefende een andere parlementaire commissie scherpe kritiek uit op het inlichtingendossier van de regering inzake Irak.

De commissie buitenlandse zaken concludeerde in haar verslag dat de regering-Blair „een verkeerde indruk had gewekt” van de status van een rapport dat in januari was gepubliceerd. Blair had naar het document verwezen als een inlichtingenrapport, maar moest later erkennen dat het materiaal bevatte dat een student op internet had geplaatst.

De commissie sprak de regering echter vrij van bewuste misleiding.

Dezelfde commissie zei dat in een ander rapport over Iraakse wapens, dat in september was gepubliceerd, ten onrechte veel aandacht was besteed aan een verklaring van een enkele bron dat Irak binnen drie kwartier massavernietigingswapens kon inzetten. De commissie concludeerde dat „het laatste woord nog niet kan worden gezegd” over de vraag of deze informatie in het inlichtingendocument klopt.

„De jury weet het heel goed”, antwoordde Blair dinsdag. „Je zou bijna denken dat de kwestie van Saddam en zijn massavernietigingswapens uit de koker komt van de CIA en de Britse inlichtingendiensten. Er bestaat geen twijfel aan dat Saddam massavernietigingswapens ontwikkelde.”

Ondertussen verklaarde de algemeen directeur van de BBC, Greg Dyke, dat de omroep en de regering een streep moeten zetten onder de affaire over het BBC-bericht dat een medewerker van Blair opzettelijk onjuiste informatie in het Irak-dossier had opgenomen om voor de regering bredere steun voor een oorlog tegen Irak te krijgen. De directie van de BBC weigerde eerder het bericht in te trekken. Blair noemde de beschuldigingen een „zeer ernstige aanval” op zijn integriteit.

Dyke zei dat de BBC achter het bericht blijft staan, maar vond het tijd voor een ander onderwerp. „De kwestie heeft de voorpagina’s twee weken gedomineerd, en ik veronderstel dat het voor beide partijen tijd is om het eens te worden over het oneens zijn en verder te gaan.”