Kerk & religie

Dr. A. C. van Raalte, predikant en landverhuizer

Een van de eerste afgescheiden predikanten, een van de eerste afgescheiden theologische docenten, pionier-landverhuizer, stichter van scholen, ”doctor honoris causa” en 19e-eeuws predikant met een Facebookpagina. Dat alles is Albertus Christiaan van Raalte.

P. L. Rouwendal
18 October 2011 18:11Gewijzigd op 14 November 2020 17:12
Michigan. Foto RD, Henk Visscher
Michigan. Foto RD, Henk Visscher

Op 17 oktober 1811 werd hij geboren in het Overijsselse Wanneperveen. Zelf was hij niet erg mededeelzaam over zijn leven. Over zijn jeugd merkte hij niet meer op dan dat die „zeer doelloos” was. Desondanks wenste zijn vader dat hij predikant zou worden. Met dat doel werd hij tegen zijn zin naar Leiden gestuurd. Zelf gaf hij de voorkeur aan een carrière in de wereld.

Een beslissende omkeer in zijn leven kwam rond de uitbraak van de cholera in 1832. Aan deze ”blauwe dood” overleden dat jaar in Nederland 7000 mensen. In Leiden werden ruim 1000 mensen ziek, van wie bijna de helft overleed.

Het onderwijs te Leiden sloot niet aan bij de levensernst die Van Raalte vanaf dat moment eigen was. De meeste docenten waren rationalistisch en gingen los om met de belijdenisgeschriften. Een gunstige uitzondering was prof. Clarisse.

Met name prof. Kist liet zich afkerig uit en vroeg aan Van Raalte waar hij zijn stellingname toch vandaan had. Deze antwoordde „dat mijn zondegevoel mij gedreven had tot een biddend onderzoek der Schrift, waaruit ik door Gods Geest de waarheid der rechtvaardiging voor God, door ’t geloof in Jezus, had verstaan.” Daarop brak de hoogleraar het gesprek af.

Da Costa

In die tijd waren er te Leiden enkele studenten die zich onderscheidden door ernst te maken met de praktijk der godzaligheid, en die daarom door medestudenten én docenten argwanend werden bekeken. S. van Velzen en A. Brummelkamp stonden in contact met Da Costa en werden daarom als dweepzieke, bekrompen vijanden van verlichting en vrijheid gebrandmerkt. Hun drie vrienden Scholte, Gezelle Meerburg en Bähler hadden juist de academie verlaten, maar in Van Raalte troffen zij een nieuwe geestverwant aan. Zij waren ook bevriend met de Leidse familie De Moen, waar Van Velzen, Brummelkamp en Van Raalte alle drie een bruid vonden.

Vanaf 1834 was Van Raalte de enige overgeblevene van de vriendenkring. Alle anderen hadden de studie voltooid en een beroep aangenomen. Het zag ernaar uit dat ook Van Raalte spoedig tot de dienst des Woords toegelaten zou worden. Maar het liep anders. Dat jaar scheidden De Cock en Scholte zich af. Van Raaltes zwagers Brummelkamp en Van Velzen raakten in kerkelijke moeilijkheden. Zijn examinatoren vreesden dat ook hij de kerk in beroering zou brengen en stelden de eis dat hij zich uitdrukkelijk zou onderwerpen aan alle bestaande en nog in te voeren kerkelijke regels. De verbaasde Van Raalte gaf aan dat hij niet alle wetten kende, en dat dit nooit van een ander geëist was.

Clarisse was ook verontwaardigd en zond hem naar synodepreses Donker Curtius om te verzoeken op gewone wijze te worden toegelaten. Maar zodra deze begreep dat er een zwager van Brummelkamp voor hem stond, voer hij heftig tegen Van Raalte uit. Uiteindelijk besloot deze de wetten te gaan bestuderen, en vond er een aantal waarmee hij niet kon instemmen. Ten slotte zag hij in dat er voor hem in de Hervormde Kerk geen plaats was en voegde hij zich bij zijn zwagers.

Militair ingrijpen

Binnen enkele weken ontving hij een beroep uit Mastenbroek, dat hij aannam. De moeilijkheden waren daarmee niet voorbij. Afgescheidenen mochten niet samenkomen. Boetes, gevangenisstraf, ingegooide ruiten, bedreigingen, inkwartiering van soldaten en ander leed waren Van Raaltes deel. Maar zijn gemeente groeide tegen de verdrukking in. Soms preekte hij voor 1500 mensen, deels nieuwsgierigen. Na een dag met veel onlusten waarbij militairen ingrepen om Van Raalte zowel te arresteren als te beschermen, traden er 23 leden tot de gemeente toe.

De afgescheidenen werden niet alleen bestreden, ze bestreden ook elkaar. Van Raalte had een actieve rol in de twisten tijdens deze ”crisis der jeugd”. Zo legde hij zonder omhaal zijn ambtsgewaad af omdat daartoe geen Bijbels gebod was. Hij hield geen rekening met de bezwaren tegen deze wijziging. Ook was het uitgerekend Van Raalte, die de last van menselijke geboden in de kerk aan den lijve had ondervonden, die ijverde voor onvoorwaardelijke onderwerping aan een gewijzigde kerkorde, op straffe van censuur.

Enkele jaren later kwam hij daarop terug, maar het kwaad was toen reeds geschied: er was een breuk ontstaan binnen de afgescheiden kerk. Van Raalte combineerde in zijn persoonlijkheid paradoxaal genoeg zowel een grote bescheidenheid en ootmoed, als een grote eigenzinnigheid. De laatste eigenschap leverde hem en de kerk wel eens problemen op.

Van Raalte was inmiddels begonnen aan huis enige studenten voor het ambt op te leiden. Brummelkamp deed dat ook en vroeg zijn zwager de krachten te bundelen. Zo verhuisde Van Raalte naar Arnhem.

Michigan

De afgescheidenen deelden met heel het volk de moeiten van de economische recessie en de aardappelziekte, waardoor goed voedsel voor velen onbetaalbaar werd. Het idee van emigratie naar een welvarend land is in zulke omstandigheden aantrekkelijker dan anders. Veel afgescheiden gemeenteleden wilden emigreren. Van Raalte besloot hen met raad en daad terzijde te staan en uiteindelijk zelfs met hen mee te gaan.

Opnieuw ging hij voortvarend te werk. Hij zocht contact met Amerikaanse predikanten en anderen die hem konden adviseren. Uiteindelijk viel de keus op de staat Michigan. Van Raalte had oog voor veel zaken. Zo viel het hem op dat de toen nog onbevolkte bossen daar hout van goede kwaliteit leverden, waarvan meubels gemaakt konden worden. Dat had hij goed gezien: Grand Rapids groeide uit tot meubelhoofdstad van de VS.

In februari 1847 kwam hij met een aantal mannen aan op de plaats die ze zouden gaan bewonen. Allereerst werd er geknield om te bidden. Daarna werd de hand aan de bijl geslagen – de ploeg zou pas later gebruikt kunnen worden. Als plaatsnaam werd Holland gekozen.

De mensen waren het niet gewend om bomen te hakken en land te ontginnen. Door hun koppigheid sloegen ze adviezen van Amerikanen vaak in de wind. Ongewone voeding en ongewoon werk eisten hun tol. De eerste jaren werd de kolonie geteisterd door ernstige ziekten, gevolgd door een plaag van ongedierte dat het voedsel opvrat. Regelmatig kreeg Van Raalte de klacht van het volk Israël tegen Mozes te horen: „Waarom hebt gij ons doen optrekken, opdat wij sterven zouden?”

Verdeeldheid

Zodra deze moeilijkheden voorbij waren, kwam de Hollandse verdeeldheid weer naar boven. Onder de afgescheidenen in Nederland waren meerdere partijen, en uit elke partij waren wel mensen naar de VS overgekomen. Van Raaltes ootmoed en zelfverloochening kon hen enerzijds lang bijeenhouden. Anderzijds was zijn voortvarende eigenzinnigheid soms olie op het vuur. Zo was er door zijn toedoen al een kerkenraad voordat er een gemeente was: zij die in Nederland een ambt hadden, namen dat mee. Dat stuitte velen tegen de borst.

Ook de aansluiting bij de Dutch Reformed Church zette kwaad bloed. Deze aansluiting was overhaast gegaan, en zonder de gemeenten erin te betrekken. Pas achteraf werd aan de Nederlandssprekende immigranten duidelijk dat deze Engelssprekende kerk niet in alle opzichten zo gereformeerd was als zij wenste. Het overhaaste besluit leidde tot wantrouwen jegens Van Raalte.

De verdeeldheid onder de geëmigreerden bleek ook daaruit dat tussen een drietal kandidaten voor het predikantschap ineens de naam van Pieter van Dijke opdook. Deze was ledeboeriaan en behoorde niet tot het afgescheiden kerkverband. Een en ander leidde ertoe dat in januari 1856 de kerk in Amerikaans Holland scheurde. Hoewel Van Raaltes eigenzinnigheid mede oorzaak van de gebeurtenissen was, is zijn reactie erop een voorbeeld van zijn ootmoed. Geen scherpe veroordeling of verontwaardiging, maar een ernstige waarschuwing tegen ”broedervertreding”.

Hope College

Grote zorgen maakte van Raalte zich over het onderwijs. De eerste jaren kon daar weinig tot niets van terechtkomen, en veel mensen vonden het nuttiger dat hun kinderen de handen uit de mouwen staken dan dat ze op school zaten. Het is aan Van Raaltes ijver te danken dat er toch scholen werden gesticht. In het bijzonder zette hij zich in voor hoger onderwijs, en ten gevolge daarvan kon in 1851 Holland Academy zijn deuren openen, later Hope College genoemd. Daar werden onder anderen de predikanten opgeleid. Van Raaltes inspanningen hiervoor leverden hem tweemaal een eredoctoraat op.

Tijdens de burgeroorlog koos Van Raalte de zijde van de noordelijke staten, niet alleen omdat hij daarin zelf woonde, maar ook vanwege zijn afkeer van de slavernij. Een gemeente in Carolina weigerde hij op te nemen in het kerkverband omdat er slavenhouders lid waren.

Een moeilijk jaar kwam in 1871. Eind juni overleed zijn vrouw. In oktober brak er een grote brand uit in Holland, waardoor 300 huizen totaal verwoest werden. Vele dieren vonden de dood. Als door een wonder overleed er slechts één persoon aan de brand.

Van Raaltes leven stond hoe langer hoe meer in het teken van het aardse leven in de kolonie. De zorgen voor het tijdelijke leven en het voortbestaan van de kolonie namen hem voor een groot deel in beslag. Niet dat het geestelijke geen aandacht kreeg: driemaal daags hield hij een huisgodsdienstoefening en in zijn preken bleef hij de noodzaak van bekering benadrukken.

Maar in zijn brieven en opmerkingen gaat het toch voornamelijk over tijdelijke zaken, ook kort voor zijn heengaan in 1876. „Ik heb wel iets gedaan, met Gods hulp, maar het had nog zo veel meer kunnen zijn.” Behartigenswaardiger zijn de laatste woorden van zijn laatste rede. Bij het 25-jarig jubileum van Holland sprak hij de wens uit: „En deze erve zij u in alle eeuwigheid dierbaar als de plek, waar gij uzelven leerdet kennen, uw God vondt, zijne vergeving omhelsdet en Hem leerdet loven. Dat zij zo!”


Op 3 en 4 november heeft in Ommen het congres ”Albertus C. van Raalte, leider en liaison” plaats. Informatie vindt u op de website van het Van Raaltehuis.

Lees meer over Van Raalte op Twitter, verzorgd door het Reformatorisch Dagblad, en op diverse pagina’s van Facebook (deze en deze).


Lees meer in ons dossier over Van Raalte.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer