Ze hadden het al eerder samen geprobeerd, burgemeester J. H. A. van Oostrum (VVD) van Rhenen en zijn collega T. Elzenga (CDA) van Veenendaal. Toen kregen ze nul op het rekest. Maar toen dit jaar bleek dat de uitnodiging om de koningin en haar gevolg uit te nodigen voor Koninginnedag wel eens zou kunnen slagen, „begon het toch wel te kriebelen”, zegt Elzenga.

Een paar weken geleden 
hoorden de burgemeesters dat 
30 april 2012 voor hun gemeenten, die ook op andere gebieden veel samenwerken, een onver­getelijke zal worden. „De commissaris van de Koningin meldde dat het bezoek doorgaat”, zegt Van Oostrum. „Wat je dan voelt? Vreugde, blijdschap, trots. In 1986 heeft de koningin een werkbezoek aan Rhenen gebracht; nu komt het échte bezoek. We weten dat we heel veel koningsgezinde inwoners in onze gemeente hebben. Ook voor die mensen is het prachtig.”

Een van die Oranjeklanten is Hetty Rijken van het Oranje­comité Achterberg, dat onder Rhenen valt. De burgemeester belde gistermorgen hoogst­persoonlijk naar de drie comités die Rhenen rijk is, zegt ze. „We zijn er heel enthousiast over en kijken er erg naar uit.”

Rijken wist dat de burgemeester in het verleden eerder bezig was met het plan. „Maar dat was nog voor het drama in Apeldoorn. Iedereen weet natuurlijk dat de veiligheid sindsdien heel erg aangescherpt is. Ik heb er daarna eigenlijk niet meer aan gedacht.”

Het veiligheidsaspect is geen enkele reden waarom de koningin niet zou kunnen komen, benadrukken de burgemeesters. Ze stellen juist dat Rhenen en Veenendaal op 30 april niet in een vesting zullen veranderen. Over welke veiligheidsmaat­regelen er genomen worden, doen ze geen uitspraken.

Datzelfde geldt voor het programma – dat ís er nog niet. „We gaan er vanaf nu in alle openbaarheid aan werken”, zegt burgemeester Van Oostrum van Rhenen. „Alle inwoners kunnen met suggesties en ideeën komen. Graag zelfs. Het moet een feest voor alle inwoners worden.”

Zowel Rhenen als Veenendaal heeft een grote orthodox-christelijke gemeenschap. Wordt ook dat aspect zichtbaar in het programma? „Ongetwijfeld”, zegt Van Oostrum. „Alleen al het feit dat de Cunerakerk een rol moet spelen in het programma, geeft dat aan. Die prachtige kerk moet een centrale plek krijgen, dat kan niet anders. Maar hoe precies, dat zullen we de komende maanden ontdekken.”

Zijn Veenendaalse collega is terughoudender. „Dat zijn geen discussies die wij voeren”, zegt hij, gevraagd of de aanwezigheid van de christelijke gemeenschap een stempel op het programma zal drukken. „Wij gaan een plan maken voor ál onze inwoners. We hebben een bevolking die goed samenleeft. De koningin zal merken dat Veenendaal heel enthousiast is.”