De voormalige gedeputeerde van de provincie Zuid-Holland presenteerde gisteren haar rapport over de politieke verhoudingen en de bestuurscultuur in het baggerdorp. Ook maakte zij de conclusies bekend van een uitgebreid rapport van KPMG dat de gang van zaken in beeld brengt rond het baggerfestival 2006.

Vanwege politiek-bestuurlijke spanningen trad burgemeester M. Boevée (PvdA) in april dit jaar tijdelijk terug. Tegelijkertijd doken er in de regionale pers verhalen op over vermeend laakbaar optreden van Boevée. Die zou het kassageld van deelnemende ondernemers in beslag hebben genomen, omdat hij bang was dat betrokkenen te weinig geld aan het festival zouden afdragen. Later kwam de opbrengst weliswaar terug, maar volgens de ondernemers was er te veel geld ingehouden.

In mei liet Van de Vondervoort weten dat volgens haar bevindingen Boevée niet onrechtmatig heeft gehandeld. Een extern onderzoek moest echter alle geruchten de kop indrukken. KPMG stelt nu vast dat het geld van het festival juist is verantwoord. „Er is geen sprake van persoonlijke bevoordeling van burgemeester Boevée. Ik hoop dat daarmee die verhalen de wereld uit zijn.”

Anderzijds constateert Van de Vondervoort dat de verwevenheid van de gemeente met de Stichting Baggerfestival te groot was: Boevée was voorzitter, een inmiddels ontslagen topambtenaar vicevoorzitter. „Ze moesten zichzelf vergunning verlenen.” Hoewel de burgemeester handelde vanuit de vaste overtuiging dat hij dit deed in het belang van Sliedrecht zorgde die ‘ons kent ons’-cultuur voor irritatie bij de wethouders.

De vorige colleges hadden daar weinig moeite mee, maar de nieuwe wethouders na de raadsverkiezingen in maart konden minder uit de voeten met die informele bestuurscultuur. „Er was behoefte aan verzakelijking; er was minder acceptatie van
bestaande gewoonten en bestuursstijlen. Hierdoor raakte de
al jaren bestaande balans in het college verstoord”, analyseert Van
de Vondervoort. Zij gaat ervan uit dat Burgemeester en Wethouders elkaar het leven niet met opzet moeilijk maakten. „Maar de irritaties groeiden wel.”

De familiaire bestuurscultuur strekt zich volgens Van de Vondervoort ook uit naar raad en ambtenaren. Interne processen als planning en het opvolgen van besluiten en toezeggingen moeten worden verbeterd. „Het gemeentebestuur wil zakelijker, professioneler, opener en transparanter besturen. De raad moet zijn sturende en controlerende taak beter invullen.”

Het college moet daarom mikken op een betere werkverhouding met de raad en zorgen voor een betere aansturing van de ambtelijke organisatie. „Een hele klus om die diepgewortelde cultuur te doorbreken.” Met goede begeleiding en met een beroep op de bestaande kwaliteit moet dat volgens Van de Vondervoort toch lukken. Ze deed gisteren geen uitspraken over de eventuele terugkeer van Boevée en de positie van de wethouders. „Daar moeten burgemeester, wethouders en raad samen uit zien te komen. Er wordt nu hard over nagedacht.” Van de Vondervoort blijft voorlopig als waarnemend burgemeester actief in Sliedrecht.