„Wetenschappers in VS waarderen relatie geloof en wetenschap”
HOUSTON – Een meerderheid van de Amerikaanse universitaire onderzoekers vinden religie en wetenschap niet met elkaar botsen, zo blijkt uit een onderzoek van Rice Universiteit in Houston.
Dat meldde de Huffington Post woensdag.
Onderzoekers van Rice Universiteit hebben in vijf jaar tijd diepte-interviews afgenomen bij 275 wetenschappers aan 21 Amerikaanse universiteiten. De helft van deze wetenschappers identificeerde zichzelf met een bepaalde religie.
De onderzoeksteam heeft zich gericht op disciplines waarin de relatie tussen geloof en wetenschap volgens de onderzoekers het meest aan de oppervlakte komt. Te denken valt aan biologie, scheikunde, economie en politicologie.
Van het aantal geinterviewden is 15 procent van mening dat religie en wetenschap altijd met elkaar in conflict zijn. Eveneens 15 procent is overtuigd van het omgekeerde: religie en wetenschap gaan goed samen. De meerderheid van 70 procent vindt dat beide kanten af en toe met elkaar in botsing komen. Deze meerderheid vindt zowel religie als wetenschap een „geldige route naar kennis.”
Volgens socioloog Elaine Ecklund van de Rice Universiteit laten de uitkomsten iets zien van de omgang met religie door de geinterviewden. Degenen die religie onverenigbaar vinden met wetenschap, hebben vaak een beperkte opvatting van religie en behoren tot conservatieve evangelische gemeenschappen, aldus Ecklund. Degenen die nooit een botsing opmerken tussen geloof en wetenschap, kunnen de overtuiging hebben dat de wetenschap door God is gegeven. Zij hebben vaak een bredere opvatting van religie. Zo betrekken ze ook niet-geïnstitutionaliseerde vormen van religie zoals spirituele praktijken in hun definitie daarvan.
De geïnterviewde onderzoekers waarderen publicaties waarin relaties tussen geloof en wetenschap worden gelegd. Vaak hebben ze kritiek op het mediaoptreden van atheïsten als de bioloog Richard Dawkins. Wetenschappers zijn bang dat de publieke opinie zich tegen hen keert en dat ze worden gekort op hun financiële budget.