Oekraïne wil religievrijheid inperken
Ook Oekraïne lijkt toegevoegd te kunnen worden aan de rij voormalige Sovjetrepublieken die de vrijheid van religie wettelijk inperken. Op dit moment ligt een wetsvoorstel te wachten op bespreking in de Opperste Sovjet.
Op 17 juni besprak het Comité voor vragen van cultuur en spiritualiteit van de Opperste Sovjet van Oekraïne het wetsvoorstel „betreffende de introductie van amendementen op de wet aangaande de vrijheid van geweten en godsdienstige organisaties” (daterend uit 1991). De raad adviseerde de Opperste Sovjet het voorstel in eerste lezing aan te nemen. Het wetsvoorstel was voorbereid door het staatscomité voor religiezaken en geïntroduceerd door het kabinet.
Het wetsvoorstel kent inmiddels een lange geschiedenis, aldus de Oekraïense krant ”Den”. „Over de tekst ervan is regelmatig gedebatteerd in vergaderingen van de Oekraïense Raad van Kerken en tijdens rondetafelgesprekken van kerkleiders, Oekraïense en westerse wetenschappers, afgevaardigden van de Sovjet en vertegenwoordigers van buitenlandse organisaties. Ondanks alle inspanningen slaagde het staatscomité voor religiezaken er niet in de kerkelijke leiders zo ver te krijgen dat ze er hun goedkeuring aan hechtten - zelfs nu het ligt te wachten op bespreking in de Opperste Sovjet. Sterker nog: de tegenstand is groot. Van de kant van gelovigen, getuige de vele brieven die de Opperste Sovjet krijgt; maar ook van de kant van bijvoorbeeld het Instituut voor Godsdienstvrijheid.”
Volgens Alexander Zaits, directeur van genoemd instituut, „bevat het wetsvoorstel artikelen die de vrijheid van religieus belijden -in vergelijking met de huidige wet- inperken en die de macht van het staatscomité voor religiezaken op godsdienstig terrein versterken.”
Leden van de Oekraïense Raad van Kerken stellen dat de door hen geopperde bedenkingen bij het voorstel feitelijk zijn genegeerd.
Het Instituut voor Godsdienstvrijheid beschuldigt het staatscomité ervan de mening van deze leden te hebben gemanipuleerd. Wel erkent het dat een heel aantal suggesties die de verschillende betrokkenen de achterliggende maanden hebben gedaan, zijn meegenomen. „Echter, het wetsvoorstel bevat nog altijd onderdelen (onder andere de artikelen 15.7, 25, 29 en 30) die de vrijheid van godsdienst substantieel beperken en die de democratiseringsprocessen in de Oekraïense samenleving negatief beïnvloeden.”
De ”Den” merkt afsluitend op dat het, „gezien het feit dat Oekraïne een lid is van de wereld en van de Europese gemeenschap, en gezien het feit dat het Westen ondertussen een schat aan ervaring heeft opgedaan waar het gaat om de bescherming van de vrijheid van godsdienst, het waardevol, zeer waardevol zou zijn om het wetsvoorstel eerst te onderwerpen aan een expertanalyse door een van de geëigende Europese instituten.”