Knevel maakt werk van vloeken bij EO
In elke drie uur tv-uitzending van de EO wordt een keer gevloekt. Dat blijkt uit onderzoek van TNS NIPO. „Ik betreur dit. Dit is slecht voor de EO”, reageert directeur drs. A. G. Knevel.
De Bond tegen het vloeken presenteerde maandag in Amersfoort het onderzoek van TNS NIPO naar vloeken op tv. In één week tv-uitzendingen werden 1766 vloeken genoteerd. Tien daarvan komen voor rekening van de EO: drie echte vloeken, zes bastaardvloeken en één scheldwoord.
Knevel reageert met een slag om de arm: „Uiteraard is elke vloek er één te veel. Maar ik zou willen weten in welke programma’s er is gevloekt en door wie: door een EO-presentator of door een gast.” Die informatie kunnen de Bond tegen het vloeken en TNS NIPO op dit moment niet geven, zo blijkt uit navraag.
Knevel, die de tv-programma’s Het Elfde Uur en Knevel op Zaterdag presenteert, vraagt vooraf zijn gasten niet te vloeken in de uitzending. „Het is mijn ervaring dat mensen zich daar heel goed aan houden. Natuurlijk glipt er wel eens een bastaardvloek of ander grof woord doorheen, maar knetterharde vloeken kan ik mij niet herinneren.” Hoe dat bij andere programma’s is, weet Knevel niet. „Ik kan niet voor collega’s spreken.”
Vloeken in vooraf opgenomen programma’s worden er volgens de EO-directeur „altijd uitgemonteerd.” EO-medewerkers zijn niet verplicht hun gasten te corrigeren als die in live uitzendingen vloeken, zegt Knevel. „We laten dat aan de individuele vrijheid van de presentator over. Het gebeurt ook wel dat gasten er achteraf op worden gewezen.”
Knevel kondigt aan „verder onderzoek” naar vloeken bij de EO te zullen doen.
De Bond tegen het vloeken krijgt regelmatig klachten over grof taalgebruik op tv, aldus woordvoerder Teunis Bunt maandag bij de presentatie van het rapport ”Vloeken op de buis stoort kijker”. „We geven die signalen door aan de omroepen, maar het blijft bij incidentele acties. Met dit onderzoek is vloeken op de buis voor het eerst systematisch in kaart gebracht.”
Dat 72 procent van de ondervraagden vindt dat het aantal vloeken op tv teruggedrongen moet worden, ervaart Bunt als een steun in de rug. „We blijken actie te voeren namens een groot deel van tv-kijkend Nederland.” Hij ziet het onderzoek als „een spiegel” voor de omroepen. „Een kwart van de kijkers zapt weg wanneer er te veel wordt gevloekt of zet zelfs het toestel uit. We gaan ervan uit dat de omroepen hier niet blij mee zijn. Ook voor de adverteerders lijkt ons dit niet aantrekkelijk.”
De bond vindt dat het tv-pictogram dat waarschuwt voor grof taalgebruik meer bekendheid moet krijgen. Uit het onderzoek blijkt dat slechts 40 procent van de tv-kijkers het symbool kent. De bond pleit verder voor een gedragscode waarin de omroepen hun taalgebruik vastleggen.
De reacties op het onderzoek zullen per omroep verschillen, verwacht Bunt. „Met de VPRO hebben we slechte ervaringen; die geeft bij klachten vaak niet thuis. De TROS reageert altijd, en de AVRO heeft zelfs de afspraak dat medewerkers niet mogen vloeken op de buis.”
De bond wil elk jaar een onderzoek naar vloeken op tv laten uitvoeren om aandacht voor het onderwerp te houden. Bunt: „Dat kan echter alleen als ons donateuraantal groeit. We moeten van 28.000 naar 35.000. Dan hebben we voldoende geld hiervoor.”