Elke vier minuten een vloek op tv
AMERSFOORT- Elke vier minuten klinkt er een vloek of ander grof woord op televisie. Het meest wordt gevloekt in programma’s van de publieke omroep BNN: 6,4 keer per uur. Bij de commerciële omroepen is Veronica de grootste ’stoorzender’: 2,9 keer per uur. Ook de christelijke omroepen KRO, NCRV en EO zenden grof taalgebruik uit.
Dit blijkt uit het onderzoek ”Vloeken op de buis stoort kijker” dat TNS NIPO in opdracht van de Bond tegen het vloeken uitvoerde. De resultaten zijn maandagochtend in Amersfoort bekendgemaakt.
Zeventig mensen bekeken in één week 112 uur tv-uitzendingen op (bastaard)vloeken, verwensingen en scheld- en schuttingwoorden. Zij noteerden 1766 grove woorden. Een kwart daarvan zijn echte vloeken. De meeste grove woorden worden gebezigd in soapseries (27 procent), talkshows (26 procent) en films en documentaires (25 procent). De kans op een vloek op tv is ’s avonds het grootst: 58 procent. Opvallend is het relatief grote aantal vloeken in tekenfilms (10 procent), die meestal ’s middags worden uitgezonden.
Tegen de verwachting in wordt op de publieke zenders gemiddeld iets meer gevloekt dan op de commerciële: 1,5 tegen 1,3 keer per uur. Ook de christelijke omroepen zenden vloeken uit. In één week werd bij de KRO 73 keer grof taalgebruik genoteerd, bij de NCRV 41 keer en bij de EO 10 keer.
Het onderzoeksbureau TNS NIPO vroeg ook 1130 Nederlanders van achttien jaar en ouder naar hun mening over grof taalgebruik op tv. Het aantal vloeken moet teruggedrongen worden, vindt 72 procent. Die mening leeft het sterkst bij leden van de EO, NCRV, KRO en TROS.
Bijna een kwart vindt het heel vervelend om met grof taalgebruik op tv te worden geconfronteerd, 36 procent niet zo vervelend en 8 procent helemaal niet vervelend. Op de vraag wat mensen doen als er wordt gevloekt op tv, blijkt 41 procent zich wel te storen, maar gewoon door te kijken naar het programma. Twintig procent kiest een andere zender. Een derde stoort zich niet of nauwelijks aan de vloek. Vrouwen kiezen eerder dan mannen een andere zender als er wordt gevloekt.
Volgens 61 procent van de ondervraagden hebben vloeken op tv een negatieve invloed op het eigen taalgebruik; 34 procent is het hier niet mee eens. Negatieve invloed van vloeken is er volgens 78 procent ook op het taalgebruik van kinderen; 18 procent ontkent dat.
Kijkers worden via pictogrammen in omroepbladen en op tv gewaarschuwd voor de inhoud van omstreden programma’s. Ruim de helft (52 procent) is zich wel bewust van het pictogram ”grof taalgebruik”, maar doet er niets mee. Bijna een vijfde (19 procent) past het kijkgedrag wel aan. Dit zijn voor een belangrijk deel (24 procent) gezinnen met kinderen.
Het ’wegpiepen’ van grove woorden in programma’s vindt 35 procent van de ondervraagden een goede oplossing. Een ruime meerderheid van de EO-leden (70 procent) en een kleine meerderheid van de NCRV-leden (53 procent) is ervoor. Zestig procent van de ondervraagden keurt ’wegpiepen’ af. De mogelijkheid dat omroepen een eigen gedragscode voor taalgebruik instellen, wordt door 59 procent gesteund.
De Bond tegen het vloeken laat dit jaar vier weken -elk kwartaal een week- tv-uitzendingen bekijken op grof taalgebruik. De gegevens van de eerste meting zijn in het vanochtend gepresenteerde onderzoek verwerkt. Na de vierde meting komt TNS NIPO met een nieuw rapport waarin alle gegevens staan.