Kerk & religie

Prof. De Reuver: Evangelie geen militair commando

DOORN – De bevelen in de prediking van het Evangelie zijn militair commando noch moralistisch advies, zei prof. dr. A. de Reuver dinsdag in zijn lezing voor studenten van de Gereformeerde Bond. „We hebben geen God Die zegt hoe het moet, maar een God Die het in Christus doet. De kern is: bedenken Wie boven is.”

Kerkredactie
24 August 2011 11:16Gewijzigd op 14 November 2020 16:18
Prof. dr. A. de Reuver. Foto RD, Anton Dommerholt
Prof. dr. A. de Reuver. Foto RD, Anton Dommerholt

Dr. De Reuver sprak voor de studenten, die tot en met vrijdag bij elkaar zijn op landgoed Hydepark in Doorn, over de indicatief en de imperatief in de prediking. Volgens de emeritus hoogleraar is de Evangelieprediking in wezen indicatief, stellend. „Het Evangelie is geen opdracht en geen wens, maar bericht, afkondiging van voldongen (heils)feiten. Geen gebod, maar belofte. Zo wordt in Petrus’ pinksterpreek telkens weer verzekerd wat God in Christus heeft verricht.”

De prediking heeft ook een imperatieve, bevelende kant. „De Wet is ten leven gegeven. Maar diezelfde Wet verkeert door de eigenzinnigheid en dwarsheid van de mens in het tegendeel en velt het oordeel over de zonde van eigengerechtigheid. In de geloofsgemeenschap met Christus komt de imperatief van de Wet, alsook die van het Evangelie, tot vervulling.”

De imperatief heeft drie gestalten, aldus prof. De Reuver. Een applicatieve, paranetische en parakletische. „De eerste is een appel tot geloof. De tweede is een appel tot het geheiligde leven. Leef uit Christus, de Bron van heil en heiliging. De derde gestalte van de imperatieve prediking is het troostmotief. Wellicht mag het „hebt goede moed” uit Jezus’ mond model staan voor het gehalte van de imperatief in de prediking. Het is geen commando om moed te verzamelen. Als Jezus dat gebiedt, betekent het niets minder dan: „Hier, houd je hand maar op, haal je hart maar op. Ik breng wat voor je mee dat nergens te verkrijgen is. Hier, hier heb je moed.” In het bevel gaat niets anders schuil dan Zijn genadige belofte.”

Geen moralist

De imperatief en indicatief moeten in de preek op elkaar betrokken worden, legde prof. De Reuver uit, en gebruikte daarbij de pinksterpreek van Petrus. „Petrus zet de indicatief op scherp door de grote verbondsdaden Gods te confronteren met de negatieve reactie van het verbondsvolk. Zij hebben Jezus gedood. Dan komt een tweede indicatief: God heeft Hem tot een Heere en Christus gemaakt. Als de hoorders verslagen reageren, zegt Petrus: Bekeert u. Op staande voet. En laat u dopen.”

Het volk kan alleen aan de imperatief gehoor geven door de indicatieve boodschap, de boodschap van Gods daden. „Het is de Geest van het (gepredikte) Woord die de toonsoort van de indicatief om zo te zeggen moduleert naar de toonsoort van de imperatief en tegelijk de mogelijkheid schept om te gehoorzamen. Zie hoe de imperatief uitmondt in de indicatief: ze aanvaarden het Woord gretig.”

De indicatief en imperatief kunnen zich lenen voor uitwassen. Prof. De Reuver noemde er twee naar aanleiding van Kolossensen 3. „Paulus sust de gemeente niet met de dooddoener dat iedereen nu eenmaal zondaar is en dat ze er maar mee moeten leren leven. Maar hij schrijft ook niet: „Zet je schrap, ga er tegen aan!” Paulus is geen moralist, maar evangelist. Geen sergeant met een militair commando, maar boodschapper van Evangeliebeloften.”

De kern van de imperatief is het bedenken van wat boven is. „Vooral: Wie boven is. Het is Christus, in Wie een schat van zegeningen gereed ligt.”

Concrete vermaning

Als de heiliging van het leven te wensen overlaat, zo vraagt een student, hoe kan dat worden benoemd in de preek? Volgens prof. De Reuver zijn mogelijk de beloften van God nog niet goed begrepen. „Voordat je begint met concretisering van zonden, moet je samen teruggaan naar de Bron, de Heere Jezus. Hij moest sterven om de zonden. Zonde is niet maar een woord, een idee, maar heel concreet, en een belediging van God. Dan krijgt de concrete vermaning meer klem, omdat het de klem is van de liefde. Het is de liefde die de mens overwint, die ons hart vermurwt. Ik moet denken aan een piëtistisch beeld. Als je op een brok ijs slaat, wordt het gruis. Maar het blijft ijs, zolang het vriest. Alleen als de zon schijnt, verdwijnt het. Met alleen moralisme red je het niet.”

De emeritus hoogleraar haalt een voorbeeld aan uit de middel­eeuwen. „Denk bij concrete zonden aan de concrete ledematen van Jezus. Als je ogen je parten spelen, kun je je ogen sluiten, maar je kunt je ook richten op de ogen van Jezus, die braken voor jou, heel concreet.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer