Melanchthon als bruggenbouwer
Philippus Melanchthon is als reformator minder bekend dan Luther en Calvijn. Dat hij toch een grote rol gespeeld heeft in de zestiende eeuw, blijkt uit een fraai geïllustreerd standaardwerk dat over hem verscheen.
Wat de Reformatie betreft zijn Luther en Calvijn de personen die het eerst genoemd worden. In Nederland werden hun namen soms aan een kerk of een school verbonden. Dat geldt ook minder bekende personen uit de zestiende eeuw, zoals Farel en Corderius. Naar Melanchthon (1497-1560) is ruim vijftig jaar geleden in Rotterdam een school vernoemd. Zouden leraren en leerlingen van die school weten hoe belangrijk Melanchthon geweest is voor het onderwijs? Melanchthon werd immers vanwege zijn vernieuwend werk op het gebied van het onderwijs „de leraar van Duitsland” genoemd. Daarom is hij van grote betekenis geweest voor het onderwijs aan gymnasia en universiteiten.
Of Melanchthon wat dat betreft nog wat te zeggen heeft, wordt door Marjo Huizer, directeur van Melanchthon Schiebroek, aan de orde gesteld in het geïllustreerde standaardwerk over Philippus Melanchthon dat dit jaar in het kader van het project Refo500 uitgegeven is. Huizer eindigt haar artikel van slechts enkele bladzijden met de opmerking dat de uitspraak van Melanchthon „Als je de jeugd op school verwaarloost, is het alsof je de lente uit het jaar haalt”, niet alleen de leidraad voor het handelen van het onderwijzend personeel, maar ook het motto van de school is.
Uitvoeriger en grondiger beschrijft dr. J.-B. Klautke de betekenis van Melanchthon voor het onderwijs in geheel Duitsland. Melanchthon was een groot pedagoog die verscheidene studieboeken schreef die tot in de achttiende eeuw gebruikt werden. Dr. V. E. d’Assonville laat in zijn artikel zien dat Melanchton niet in de schaduw van Luther stond, maar als reformator-humanist een man was voor wie Luther bijzonder veel respect had.
Voor het boek over Philippus Melanchthon hebben 21 auteurs, vooral uit Nederland, een bijdrage geschreven. Uitgeverij Kok publiceerde in 2007 een fraai boek over Martin Luther. Een jaar later verscheen een nog omvangrijkere uitgave over Johannes Calvijn. Dit jaar volgden in het kader van het Refo500-project de uitgaven over Guido de Bres en Philippus Melanchthon. Alle vier de boeken zijn groot van omvang en fraai geïllustreerd. Maar het boek over Melanchthon is toch anders van opzet, zoals blijkt uit de titel, waarin Melanchthon aangeduid wordt als bruggenbouwer. Het biografische element komt slechts terloops ter sprake. Dat is eigenlijk wel jammer, maar het hangt nu eenmaal samen met het gekozen thema (Melanchthon als bruggenbouwer).
Wat het biografische element betreft is het interessant te weten dat Luther Melanchthon graag op wilde nemen in de theologische faculteit, maar dan moest hij doctor in de theologie worden, en daar voelde hij niet voor. Hij was als filoloog naar Wittenberg gekomen om Grieks te doceren en wilde vooral het basisonderwijs binnen de faculteit van de zogenaamde vrije kunsten hervormen. Predikant wilde hij ook niet worden. Maar ’s zondagsmorgens om 6.00 uur gaf hij in een collegezaal aan studenten die geen Duits verstonden, in het Latijn wel uitleg van dat gedeelte uit het Evangelie dat bij die zondag hoorde. Hij hield geen echte preek, maar gaf aan hoe er over dat Bijbelgedeelte gepreekt kon worden. De toeloop van studenten was zo groot dat uitgeweken moest worden naar een kerkgebouw. Al was Melanchthon zelf dan geen predikant, zijn visie op de prediking is van betekenis. Dat blijkt vooral uit het artikel van drs. K. T. de Groot over ”De jonge Melanchthon en de prediking”, en ook uit wat dr. H. van den Belt schrijft over ”Woord en Geest op de preekstoel en bij het doopvont”.
Melanchthon was geen doctor in de theologie, maar zijn grondige kennis van de klassieke talen en van de retorica stelde hem in staat aan studenten uitleg van de Bijbel te geven. Hij heeft vooral aandacht besteed aan de uitleg van het Nieuwe Testament. Van zijn hand verschenen ook verscheidene commentaren. Zijn uitleg van de brief aan de Romeinen moet vooral genoemd worden. Van grote betekenis is ook zijn werk ”Loci communes”, waarin hij aan de hand van Bijbelse begrippen –ontleend aan de brief aan de Romeinen– voor de studenten uiteenzette wat ze vooral in de Schrift moesten zoeken. Wat zijn theologische kennis betreft is Melanchthon beslist niet de mindere van andere reformatoren uit zijn tijd, zoals bijvoorbeeld blijkt uit het artikel van prof. dr. W. van ’t Spijker over ”Melanchthon en Bucer over de rechtvaardiging door het geloof”.
Dat Melanchthon in de titel van het boek als bruggenbouwer aangeduid wordt, heeft een sterk stempel gezet op de inhoud van de artikelen. In het eerste deel gaat het met name over relaties. Opvallend is de titel en interessant de inhoud van wat dr. M. van den Berg schrijft over ”Melanchthon en Calvijn: twee pijlers van een brug die niet voltooid werd”.
De artikelen in het tweede deel van deze Melanchthonstudie zijn bijeengebracht rondom thema’s. Ik noem als voorbeeld het artikel van dr. G. Frank over ”Verstand en geloof. Enkele opmerkingen over de betekenis van Melanchthon”.
Om te laten zien dat de betekenis van Melanchthon niet beperkt dient te worden tot de zestiende eeuw hebben de auteurs in het derde deel artikelen opgenomen die te maken hebben met de doorwerking en receptie van Melanchthon. Dr. A. Beck levert hier een bijdrage over de doorwerking van Melanchthon bij Voetius.
Dr. H. Speelman geeft in het vierde deel een inleiding en een (eerste) Nederlandse vertaling van Melanchthons ”Unterricht der Visitatoren”. Het geschrift was oorspronkelijk bedoeld als een handleiding voor visitatoren. Melanchthon stelde het op verzoek van de keurvorst van Saksen samen voor kerk- en schoolvisitaties.
Prof. dr. F. van de Pol is de redacteur van het boek, dat dankzij de medewerking van de Melanchthon-Akademie in het Duitse Bretten veel fraaie illustraties bevat. De zorgvuldig geschreven inleiding, waarin ook de inhoud van het boek kort samengevat wordt, is van zijn hand.
Boekgegevens
”Philippus Melanchthon. Bruggenbouwer”, door Frank van der Pol (red.); uitg. Kok, Utrecht, 2011; ISBN 978 90 435 1852 9; 400 blz.; € 39,90.