Tokio: keuken zonder oven
Na dertig jaar lang in een buurstad van het zuidelijke Kobe te hebben gewoond, heb ik eindelijk de grote stap gewaagd. Ik ben deze maand naar Tokio verhuisd.
De Japanse hoofdstad neemt een speciale positie in, en ik heb altijd het gevoel gehad dat Tokio een apart land binnen Japan is. Dat gevoel werd bevestigd door de verhuizing. Hoewel elke regio in Japan zijn eigen manieren kent, staat Tokio toch volledig op zichzelf.
Het zijn vaak kleine dingen, maar als je die bij elkaar optelt, krijg je uiteindelijk toch vrij grote verschillen.
Het eerste wat me opviel tijdens mijn zoektocht was dat geen van de keukens in Tokio een oven had. In Kobe heb ik in vier appartementen gewoond, allemaal met een oven. In Tokio doet een magnetron tevens dienst als oven.
Als de inwoner van de hoofdstad trouwens al kookt en bakt. In veel van de appartementen was de keuken nauwelijks gebruikt. „Er zijn weinig alleenstaande mensen die koken”, zeiden verschillende makelaars me. Uit eten gaan is gemakkelijker en, in Tokio, vaak goedkoper. Het valt me inderdaad op dat enorm veel eethuisjes in Tokio vol zitten met mensen die in hun eentje uit eten gaan.
De enorme concentratie van mensen in Tokio –een kwart van de Japanse bevolking woont in en rond de gigantische stad– maakt dat de huren enorm hoog zijn en de appartementen piepklein. Voor bijna 1400 euro huur per maand krijg ik welgeteld 47 vierkante meter: een kamer, een keuken en een badkamer. En dat is voor het centrum van Tokio nog heel goedkoop.
Met het contract kwamen er nog meer verrassingen. Sleutelgeld is nog altijd vanzelfsprekend in Japan, maar in Tokio ligt het bedrag stukken hoger.
Binnen Tokio verhuizen wordt daarom snel een dure aangelegenheid. Mijn totale kosten voor sleutelgeld, garantie, de verhuizer en commissie voor de makelaar komen op bijna tien keer de maandelijkse huur. Daarbovenop nog de kosten voor nieuw meubilair en dergelijke. Verhuizen is geen aantrekkelijke optie in de Japanse hoofdstad.
Niet enkel mijn bankrekening kreeg het zwaar te verduren, ook liep ik herhaaldelijk tegen de bureaucratie van de grote bedrijven aan. Ik bracht een hele dag bij verschillende banken door om mijn adreswijziging tot stand te brengen. Voor het opzeggen van mijn oude internetverbinding zat ik een halfuur aan de telefoon.
Af en toe werd ik moedeloos van het wachten; er zitten onvoldoende uren in de dag om alles op tijd te kunnen regelen.