Strijd pensioenakkoord gaat volgende fase in
RIJSWIJK (ANP) – Maandag wordt duidelijk of de leden van FNV Bondgenoten net zo afwijzend staan tegenover het pensioenakkoord als de bond zelf. Dan maakt de grootste vakbond van de FNV de uitslag bekend van het referendum over het akkoord dat vakbeweging, werkgevers en het kabinet in juni sloten. Bondgenoten heeft het met een negatief advies voorgelegd aan de 475.000 leden die tot zondag 24.00 uur de tijd hebben om hun stem uit te brengen.
In het pensioenakkoord is onder meer afgesproken de AOW-leeftijd in 2020 te verhogen van 65 naar 66 jaar en die vervolgens te koppelen aan de stijgende levensverwachting. Bondgenoten is fel tegen het akkoord, omdat het ondoenlijk zou worden voor lagere inkomens om nog met pensioen te gaan op hun 65e jaar. Een ander punt van kritiek is dat het akkoord te weinig zekerheid biedt bij het pensioensparen en de risico’s te veel legt bij de werknemer.
De Horecabond maakte deze week als eerste FNV-bond de uitslag van de ledenraadpleging bekend. Slechts 7 procent van de leden stemde en van hen zei 56 procent ‘ja’. Bondgenoten is de eerste grote bond die met de uitslag komt.
Binnen de FNV heeft niet alleen Bondgenoten, maar ook Abvakabo grote moeite met het akkoord. De ambtenarenbond zei ‘nee tenzij’ en interne verdeeldheid kostte deze zomer Abvakabovoorzitter Edith Snoey de kop. Onmiddellijk na haar vertrek verscherpte de bond de toon in de discussie over het akkoord. De leden van Abvakabo laten in de eerste week van september hun stem horen. Overigens zijn de referenda niet bindend.
De uiteindelijke beslissing is aan de federatieraad van de FNV, waarin de voorzitters van de 19 aangesloten bonden en het FNV-bestuur zitten. Die stemt op 12 september. Bondgenoten en Abvakabo hebben samen meer dan de helft van alle FNV-leden, maar in de federatieraad hebben zij 45 procent van de stemmen. Dus ook wanneer deze bonden tegen zouden stemmen is dat formeel niet voldoende om het akkoord van tafel te krijgen.
FNV Bouw heeft ook kritiek op het akkoord zoals het er nu ligt, maar zegt tot nu toe ‘ja, mits’. Ook de bouwbond wil dat mensen met een zwaar beroep het zich straks nog kunnen veroorloven op hun 65e te stoppen met werken. Deze bond hoopt via de politiek dat doel te bereiken en wil het akkoord pas positief aan zijn leden voorleggen als duidelijk is of dit lukt. Het pensioen moet dan ongeveer even hoog blijven als nu. Een koopkrachtverlies van 6,5 procent, waar het Centraal Planbureau op uitkwam, vindt de bond te veel.