Kerk & religie

Piper en Keller trekken jaren uit om afscheid voor te bereiden

MINNEAPOLIS/NEW YORK – Hoe kun je als invloedrijke voorganger van een megakerk terugtreden zonder dat je gemeente ineenstort en je theologische erfenis verloren gaat? Vragen waar de Amerikaanse predikers John Piper en Tim Keller beide voor staan. Alle twee nemen ze er de tijd voor.

Willem van Klinken
1 July 2011 07:43Gewijzigd op 26 October 2023 13:51
John Piper: drie jaar bidden en nadenken. Foto RD
John Piper: drie jaar bidden en nadenken. Foto RD

In 1891, een jaar voor zijn dood, trad C. H. Spurgeon terug als predikant van de Londense Metropolitan Tabernacle. Vanaf de preekstoel en via de drukpers had de in zijn tijd al beroemde baptistenpredikant miljoenen bereikt met de boodschap van zonde en genade. Spurgeon, een onversneden calvinist, maakte zich naarmate hij ouder werd 
in toenemende mate zorgen over de groeiende invloed van het arminianisme en de liberale theologie op het evangelicale christendom in Engeland. Met 
zijn eigen opvolging of het opleiden van leiders die zijn theologische erfenis konden doorgeven, hield hij zich echter weinig bezig. En dat bleef niet zonder gevolgen.

In 1941 verwoestten Duitse bommen de Metropolitan Tabernacle. Bij de herstelwerkzaamheden werd de geloofsbelijdenis uit 1680 gevonden, die Spurgeon in 1860 symbolisch had begraven onder de fundering van het godshuis. „In 1941 was er geen enkele invloedrijke gemeente in Engeland die achter de theologie stond die in dat document was vervat. Er was ook geen enkele theologische opleiding die mannen voorbereidde om dat geloof te prediken”, zo schrijft de ds. Iain Murray in zijn boek ”The Forgotten Spurgeon”.

Antiochiëmoment

De 65-jarige John Piper heeft veel gemeen met Spurgeon. Hij is ook baptist en calvinist, en bereikt eveneens miljoenen mensen met zijn preken en boeken. En net als Spurgeon is hij vergroeid geraakt met zijn gemeente, Bethlehem Baptist Church in Minneapolis, waaraan hij sinds 1980 verbonden is. Zijn eerste preken hield Piper voor een vergrijsd publiek van enkele honderden zielen. Ruim dertig jaar later is ”Bethlehem” een bruisende, jonge gemeente met een jaarbudget van 9,7 miljoen dollar die bijeenkomt op drie verschillende locaties – op twee plaatsen is de preek te volgen via een videoscherm.

Zijn opvolging pakt Piper echter anders aan dan Spurgeon. In april dit jaar sprak Piper in een preek over Handelingen 13:1-3 over een ”Antiochiëmoment” waar zijn gemeente voor staat. Behalve voor de vraag wie de gedreven voorganger moet opvolgen, staat Bethlehem Baptist Church voor belangrijke keuzes over de financiën en de structuur van de gemeente. In zijn preek wees Piper op het voorbeeld van de gemeente van Antiochië, die biddend de leiding van de Heilige Geest zocht. De zes weken na de preek kwamen de oudsten iedere week op donderdagmorgen van halfzeven tot halfacht bij elkaar om te bidden voor de toekomstplannen en daarna één keer per maand.

Op 12 juni informeerde Piper zijn gemeente opnieuw over zijn naderende afscheid. Op 30 juni 2014 wil hij bij leven en welzijn terugtreden als voorganger, vertelde hij. In de tussenliggende drie jaar kunnen hij en de andere oudsten van de gemeente „zeer doelbewust” bidden en nadenken over een opvolger.

Niet dat Piper na zijn afscheid als voorganger rustig aan wil gaan doen. Hij wil zich dan concentreren op lesgeven aan Bethlehem College and Seminary, de door hem opgerichte theologische opleiding, en het schrijven van boeken.

Hoofdbrekens

Tim Keller is geen baptist, maar leidt net als Piper een grote gemeente die rond zijn persoon is ontstaan. Van een Bijbelstudiegroep in 1989 groeide Redeemer Presbyterian Church in New York onder zijn leiding uit tot een gemeente met duizenden bezoekers in vijf verschillende diensten. De in 1950 geboren Keller is vier jaar jonger dan Piper, maar heeft zich al diepgaand bezonnen op de vraag hoe het na zijn afscheid verder moet met Redeemer. En ook hij neemt er de tijd voor.

De kern van het opvolgingsplan dat Redeemer vorig jaar juni bekendmaakte, is dat Keller niet één, maar meerdere opvolgers krijgt. De gemeente wordt op termijn opgesplitst in vier nieuwe –onderling verbonden– gemeenten met elk een eigen predikant. In de overgangstijd delen de nieuwe voorgangers hun verantwoordelijkheid voor het leiderschap en de prediking met Keller, die hen intensief zal begeleiden. In lijn met de visie van Redeemer is het de bedoeling dat elk van de vier gemeenten een nieuwe gemeente zal stichten.

„Mijn opvolgers zijn een nieuwe generatie predikanten”, aldus Keller. „Het spreken over een opvolgingsplan wekt de indruk dat ik spoedig zal terugtreden. Dat is echter niet het geval. We verwachten dat de overgang acht tot tien jaar in beslag zal nemen.” De nieuwe structuur heeft volgens Keller als voordeel dat meer mensen bereikt kunnen worden. „Redeemer zal als netwerk van kerken een bredere aantrekkingskracht hebben dan voor één iemand mogelijk is.”

De eerste stap om de gemeente minder afhankelijk te maken van Keller is al gezet. Sinds september maakt Redeemer niet meer van tevoren bekend wie zal voorgaan in de vijf diensten die iedere zondag worden belegd. Samen met de vier geselecteerde voorgangers verzorgt Keller de prediking. Maar wie op welke locatie de preek houdt, komen de kerkgangers pas te weten als ze in de dienst zijn.

Ook al is het plan op hoofdlijnen duidelijk en staat iedereen erachter, in de praktijk levert het de nodige hoofdbrekens op, vertelt Keller in een gesprek met John Piper dat te zien is op de website van The Gospel Coalition. „Het is een hele opgave. Het geeft me niet het gevoel dat ik nu zestig ben en mijn tijd wel kan uitzitten. Het voelt alsof ik met mijn leiders iets aan het doen ben wat net zo moeilijk is en evenveel creativiteit vraagt als het stichten van een gemeente.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer