Ongedurige Champollion fantastisch taalgeleerde
Met de Latijnse school heeft de veertienjarige Jean-François Champollion het helemaal gehad. „Ik verlies hier alleen maar tijd”, zo klaagt hij tegen zijn broer. Intussen schrijft hij maar een boek over de religie en de geschiedenis van Egypte, een onderwerp dat wel op zijn belangstelling kan rekenen.
Wanneer de ongedurige Fransman zich ten slotte mag verdiepen in het oud-Egyptische hiërogliefenschrift, komt hij tot de ontstellende ontdekking dat „de wetenschap geen enkele vordering heeft gemaakt in het begrijpen ervan.”
Champollion, die in 1821 zonder betaald werk zit, lukt het al na een jaar het hiërogliefenschrift te ontcijferen. De beroemde tweetalige ”steen van Rosetta”, in 1799 door Napoleon meegenomen uit Egypte, is zijn sleutel. Door nauwgezet het Grieks en het Egyptisch te vergelijken, reconstrueert hij een leessysteem voor hiërogliefen, een combinatie van begrippen, klanken en letters.
Champollion, die hoopte op eer en roem, kreeg echter te maken met kwade trouw van collega’s en concurrenten.
Een opsteker was zijn benoeming tot hoogleraar egyptologie aan de Egyptische afdeling van het Louvre in 1826. Daarmee breekt een periode van beroemdheid aan voor de Fransman.
Het boek ”Champollion” van Chantal Orgogozo leest aanvankelijk als een spannende detective, niet het minst door de trefzeker gekozen fragmenten uit het dagboek van de taalgeleerde die in de tekst zijn vervlochten. Verderop gaat het fraai geïllustreerde boek dieper in op de taalkunde en dan is het soms even doorbijten.
Boekgegevens
Champollion. Het genie dat hiërogliefen ontcijferde, Chantal Orgogozo;
uitg. Veen Magazines, Diemen, 2011; ISBN 978 90 8571 321 0; 160 blz.; € 34,95.