Opinie

Nederlandse hof doet onder voor België en Frankrijk

PVV-leider Wilders is vrijgesproken. Dat was in België, Frankrijk en bij het Europees Hof wel anders, schrijven Youssef Ikhlaf en Abdul Haq Compier.

28 June 2011 21:43Gewijzigd op 14 November 2020 15:36

Daniel Féret, oprichter van het Front National in België, verspreide pamfletten met onder meer de oproep om „het Belgische volk te redden van de oprukkende islam.” Féret werd, terwijl hij reeds zitting had in het parlement, veroordeeld tot een periode van onverkiesbaarheid van tien jaar en een taakstraf van 250 uur op het gebied van de integratie van migranten.

Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens verwierp in 2009 het beroep van Féret op zijn vrijheid van meningsuiting en benadrukte het gevaar van zijn uitspraken in een politieke context: „De impact van racistische en xenofobe uitingen wordt versterkt in de context van verkiezingen, waarin argumenten van nature sterker aankomen. (…) In het onderhavige geval bestond er een prangende sociale noodzaak om de rechten van immigranten te beschermen.”

Jean-Marie le Pen werd in Frankrijk veroordeeld wegens aanzetten tot haat op grond van godsdienst of ras. In een unanieme verwerping van zijn klacht oordeelde het Europees Hof dat de inmenging met de vrijheid van meningsuiting „noodzakelijk werd geacht in een democratische samenleving ter bescherming van de reputatie en rechten van anderen.” Ook Le Pen verweerde zich met het argument dat de islam moest worden beschouwd als een politieke ideologie, maar dit werd door het hof afgewezen.

De vrijspraak van Wilders gaat in tegen deze Europese jurisprudentie en geeft legitimatie aan het oproepen tot religievervolging. Veel van Wilders’ uitspraken betreffen niet de islam, maar moslims. Zo heeft hij het in de Volkskrant over „een gigantisch probleem met moslims”, „het loopt aan alle kanten de spuigaten uit.” Wilders spreekt over moslims als een plaag: „Ik heb het over wat er naar Nederland komt en wat zich hier voortplant.”

De kritiek op migranten gaat naadloos over in een retoriek van discriminatie, waar Wilders pleit voor het afschaffen van artikel 1 van de Grondwet en het verbieden van de Koran, islamitische scholen en de bouw van moskeeën.

De oproep tot discriminatie gaat vervolgens over in een retoriek van verdrijving. In de Tweede Kamer sprak hij over „de grote schoonmaak van de Nederlandse straten.” In de film ”Fitna” associeert Wilders de islam met de Duitse bezetting en roept ertoe op om „de islamitische ideologie te overwinnen” zoals in 1945 „het nationaalsocialisme werd overwonnen.” In New York (24 februari 2009) bevestigde Wilders dat deportatie van moslims „een goed idee zou zijn, een enorme stap, en zeker een mogelijkheid.”

Wij gaan ervan uit dat het Europees Hof moediger zal zijn en onze maatschappij zal beschermen tegen het gevaar van Wilders en andere haatpredikers.

De auteurs zijn respectievelijk student rechten aan de Avans Hogeschool te Tilburg en hoofdredacteur van Al-Islaam, het tijdschrijft van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap Nederland.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer