Bodar in troebel vaarwater met sympathie voor Gazavloot
Antoine Bodar zou „best mee willen varen” op de tweede Gazavloot die op stapel staat (RD 16-6). Een schokkende uitspraak, vindt dr. ir. J. van der Graaf.
Toen ik Antoine Bodar van hart tot hart interviewde voor mijn recent verschenen boek ”Rome omsloten door de Traditie”, vertrouwde hij me toe dat hij nooit eerder „de nabijheid van de Heer” zo had ervaren als tijdens een bezoek aan Jeruzalem. Het spijt me eigenlijk dat ik hem daarover niet heb doorgevraagd. Ook zijn geloofsgenoot Godfried Bomans was ooit diep onder de indruk toen hij Jeruzalem, de stad waar Jezus Zijn voetstappen heeft gezet, bezocht. Ik kan me daar zelf ook heel wat bij voorstellen.
Geschokt ben ik nu echter door de uitspraak van Bodar in het EO-programma Knevel en Van den Brink, dat hij best mee zou willen gaan met de nieuwe Gazavloot, die op het punt staat uit te varen. Dat zou hem wel in heel andere sferen brengen. Hij wil een „politiek signaal afgeven” voor de vrede, tegen geweld. Maar zelfs als er wapens aan boord zouden zijn voor zelfverdediging, zou hij er niet tegen zijn. Hoewel het voor hem nog de vraag is of de hulp, die met de Gazavloot wordt beoogd, wel strikt noodzakelijk is, verhindert dat hem niet een eenzijdig pro-Palestijns visitekaartje af te geven. Voor de goede orde: een meerderheid van de Tweede Kamer is, evenals minister Rosenthal van Buitenlandse Zaken, „fel tegen” de Gazavloot (RD 28-5).
Op zich is het niet verwonderlijk dat Bodar zich zo positioneert. Bij Rome bestaat, als het over Israël c.q. Jeruzalem gaat, meer zorg om de vele rooms-katholieke ”heilige plaatsen” waar de eeuwen door heiligdommen zijn gebouwd, dan voor Israël als volk, land en staat. Men koestert die heiligdommen als bedevaartsplaatsen. Daarvan vooral is men onder de indruk.
In het rooms-katholieke denken overheerst intussen de vervangingstheologie. En die vertaalt zich door naar de politieke visie op Israël. Ooit zei een leidinggevende rooms-katholiek op de Westoever tegen mij: „Het Koninkrijk Gods is niet van deze wereld, dus de Joden horen niet in dit land.” Radicaler kan het niet.
Gretta Duisenberg
In de tv-uitzending zei Bodar het te betreuren dat de situatie in de Gazastrook voornamelijk onder de aandacht wordt gebracht door Gretta Duisenberg. „Een bepaalde mevrouw heeft het in Nederland voor de Palestijnen een beetje verziekt.” Hij had er ”een bepaalde mijnheer” uit zijn kerkelijke stal, ooit premier van dit land, aan toe kunnen voegen. Maar dan zou hij er ook bij moeten zeggen dat deze beiden het bestaansrecht van de staat Israël ofwel de beslissing van de Verenigde Naties in 1947 om aan de Joden een staat toe te kennen zwaar ter discussie stellen. Men leze ”Een schreeuw om recht”.
In feite zit Bodar, naar het mij voorkomt, op dezelfde lijn als Duisenberg en Van Agt. Hij zei namelijk in de uitzending dat een bezoek aan Israël hem deed denken aan het Derde Rijk. Een voor de Joden striemender, hartverscheurender vergelijking kan hij niet trekken. Want als het waar is dat hij met eigen ogen heeft gezien hoe Palestijnen door Israëlische militairen werden „getreiterd en gekleineerd” –het zij verre van mij de ernst daarvan te onderschatten–, dan weegt dat toch niet op tegen de vele zelfmoordaanvallen van Palestijnen? Het Derde Rijk erbij halen is vloeken in de kerk. Was het niet de grootmoefti van Jeruzalem die tijdens de Tweede Wereldoorlog een kijkje ging nemen in Duitsland om te zien hoe Hitler het aanpakte met de uitroeiing van de Joden?
Is het Bodar ontgaan dat Gretta Duisenberg in 2010 het woord voerde op de jaarlijkse Dag van het Land in Vlaardingen, broeinest van rabiate anti-Israëlorganisaties zoals het Palestina Comité die de Gazavloot steunen? Ik herinner aan een woord van wijlen de Joodse schrijver Martin van Amerongen, die zei dat antisemitisme vroeger een zaak was van rechtse bewegingen, zoals het fascisme, het nazisme en het wilhelminisme, maar dat tegenwoordig antisemitisme van links komt en een gretige prooi vindt in de staat Israël als Joods collectief.
Geen vrede
Laat Bodar zichzelf en ons niet wijs maken dat hij met zijn support aan de Gazavloot de humaniteit en de vrede dient. Hij dient er een regime mee dat geen vrede met Israël wil. De laatste jaren heb ik regelmatig mensen (slachtoffers) uit Gaza gesproken, die zeiden zwaar te lijden onder dat regime. Met een variant op een woord van wijlen ds. H. G. Abma in het Kamerdebat over de vrijlating van de Drie van Breda: steun aan dat regiem staat gelijk met „het snijden van riemen van barmhartigheid uit het levende vlees van de Joden.” Bodar zal duidelijk moeten maken dat hij iets anders bedoelt dan Gretta c.s. Ik betwijfel of hem dat zal gelukken. Vooralsnog gaat hij gelukkig niet in het schip.
De auteur is oud-algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond.