Dat heeft algemeen secretaris dr. B. Plaisier van de drie kerken vrijdag gezegd.

De Evangelisch-Lutherse Kerk was al lid van de LWF. Maar de kerkorde van de PKN schrijft voor dat de gehele kerk verantwoordelijk is voor de bijzondere plaats van de lutherse traditie in de kerk en het voortgaande gesprek tussen de gereformeerde en lutherse traditie. Dat houdt in dat daarmee de PKN, hoewel die in meerderheid uit leden uit de gereformeerde traditie bestaat, als geheel lid kan zijn van de LWF.

De lutherse en gereformeerde synodevoorzitters en dr. Plaisier brachten in februari een bezoek aan het kantoor van de federatie in Genève om onder meer te spreken over het lidmaatschap van de PKN. Daarbij kwam ook de toekomstige contributie aan de orde. Volgens dr. Plaisier bestonden er zorgen over de mogelijke hoogte daarvan, omdat de PKN (ruim 2,56 miljoen leden) vele malen groter is dan de Evangelisch-Lutherse Kerk (14.000 leden).

Secretaris-generaal ds. I. Noko van de LWF liet in een gesprek met de delegatie weten dat de PKN lid van de federatie kan worden. Hij pleitte ervoor de kwestie van de financiën door te schuiven. „Daar komen we wel uit”, zei dr. Plaisier tijdens de rondvraag op de gezamenlijke synode in Dalfsen. De komende maanden wordt de vorm van het PKN-lidmaatschap uitgewerkt. Ook volgt nader gesprek over de hoogte van de contributie.

Dr. Plaisier kondigde verder aan dat hij samen met een lutherse delegatie in augustus de assemblee van de LWF in Canada zal bijwonen. Hij neemt er als adviseur/hoorder aan deel. De LWF telt ruim 130 lidkerken in 72 landen met meer dan 60 miljoen leden.