Binnenland

Vernoemde topvoetballer werd diaken

CAPELLE A/D IJSSEL – Topvoetballer was hij, en daarom vernoemde Rotterdam in 1999 een straat naar hem en krijgt Capelle aan den IJssel binnenkort een Rinus Terlouwpad. Zelf zou Terlouw, die in 1992 overleed, er waarschijnlijk allerminst trots op geweest zijn: op zijn 43e brak hij radicaal met de sportwereld en keerde hij terug naar de kerk.

L. Vogelaar
9 June 2011 10:57Gewijzigd op 14 November 2020 15:20
Terlouw. Foto ITWM
Terlouw. Foto ITWM

„O, bent u die bekeerde voetballer?” probeerden nieuwsgierige mensen diaken M. Terlouw soms uit de tent te lokken. Maar daarmee waren ze aan het verkeerde kantoor. „Terlouw was daarover buitengewoon gesloten”, zegt L. M. P. Scholten, die samen met hem in de diakenbank van de Gereformeerde Gemeente in Nederland van Nieuwerkerk aan den IJssel zat.

In zijn jeugdjaren behoorde Terlouw tot het Hervormd Lokaal in Capelle aan den IJssel, waar ds. H. Vlot predikant was. Vanaf zijn twaalfde nam Terlouw echter deel aan zondagsvoetbal. „De buren wasten zijn kleren, zodat hij stiekem toch bij De Zwervers kon spelen”, meldt een bron over die tijd.

Terlouw, die vanwege zijn krachtige optreden ”Rinus de Beer” en ”Rinus de Rots” werd genoemd, kwam in het Nederlands elftal terecht, speelde daar 34 wedstrijden en nam deel aan de Olympische Spelen in Engeland (1948) en Finland (1952).

In 1958 speelde hij zijn laatste wedstrijd; daarna was hij trainer van zijn vroegere voetbalclub in Krimpen aan den IJssel. Tot er een radicale ommekeer kwam. „Hij was inkoper op de scheepswerf van Van der Giessen in Krimpen”, zegt Scholten. „Daar moet het gebeurd zijn dat gesprekken met een collega tot gevolg hadden dat Terlouw de weg naar de kerk terugvond. Ook moet hij in die tijd zijn moeder op haar sterfbed hebben beloofd met de sport te breken. Ik heb dat niet uit zijn eigen mond gehoord, want hij sprak nooit over zijn innerlijk.”

„In de zomer van 1965 zette hij abrupt een punt achter zijn activiteiten in het voetbal”, meldt internetencyclopedie Wikipedia. „Hij wijdde de rest van zijn leven aan de Gereformeerde Gemeente in Nederland, verbrak bijna elk contact met de buitenwereld en stuurde de onderscheidingen die verband hielden met zijn prestaties in de sport terug naar de KNVB.” De plakboeken over zijn voetbalverleden gingen bij het oud papier.

„De collega die Terlouw had aangesproken, wees hem op dr. C. Steenblok”, zegt Scholten. „Terlouw ging dan ook bij hem kerken, in Gouda, tot de predikant hem erop wees dat hij de kerk van Nieuwerkerk voorbijreed. Voortaan kerkte Terlouw bij ons. Aanvankelijk kwam hij per auto. Radicaal als hij was, brak hij echter met die gewoonte nadat ds. D. L. Aangeenbrug een opmerking over rijden op zondag maakte. Voortaan liep hij. Zijn vrouw ging alleen mee als hij doordeweeks met de auto naar de kerk reed.

’s Zaterdagsavonds kwam Terlouw vaak bij ouderling P. Reijm. Die gaf hem de ”Redelijke Godsdienst” van ds. W. à Brakel mee en zei: Als je het uit hebt, kom je maar terug. Tot zijn verbazing stond Terlouw binnen enkele weken alweer op de stoep. Hij had het dikke boek helemaal gelezen en ook nog onthouden wat erin stond.”

Terlouw legde belijdenis af en werd in 1975 diaken. „We liepen samen van Capelle naar de kerk in Nieuwerkerk. Hij woonde nog 2 kilometer verder dan ik”, zegt Scholten. „Door zijn sportcarrière was hij erg bekend. Toen hij niet meer naar de kerk kon, liep ik alleen en werd ik door wildvreemden aangesproken: Hoe is het met Rinus Terlouw?

Over het verleden sprak hij nooit. Eén keer liet hij los dat hij een tijdlang geen krant had gelezen om niet in de verleiding te komen zich weer in de sportwereld te verdiepen.

Even abrupt als altijd bedankte Terlouw in 1981 voor zijn herverkiezing tot diaken. De reden wilde hij niet zeggen. Achteraf bleek dat hij al in de gaten had dat hij dezelfde kwaal kreeg als zijn vader, die ook al jong aan de ziekte van Alzheimer leed. Toen Terlouw al niet meer aanspreekbaar was, benaderde de EO me omdat de omroep een reportage over hem wilde maken. Ik zei: U kunt zich de moeite besparen; qua gezondheid kan het niet meer, en hij zou het ook niet gewild hebben.”

Na Terlouws overlijden op 70-jarige leeftijd noemde een krant hem „een van de meest karakteristieke voetballers van ons land.” Toen in 1999 in de Rotterdamse wijk Nieuw Terbregge straten naar sporters werden vernoemd, kwam er ook een Rinus Terlouwstraat, met op het naambord de vermelding ”1922-1992, voetballer Sparta”. Het voet- en fietspad dat bij de nieuwe Capelse gemeentewerf aan de Groenedijk –op de plaats waar Terlouw als jongen voetbalde– wordt aangelegd, wordt eveneens naar hem vernoemd. Vanwege een verleden waarvan hij zelf radicaal afstand had genomen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer