Dat zei minister Kamp (Defensie) donderdag tijdens een overleg van de Tweede Kamer met de ministers van Defensie, Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking. Nederland is wegens de huidige militaire inzet in Afghanistan, Bosnië en straks in Irak niet in staat substantieel bij te dragen aan de tweede Europese vredesmissie, aldus de minister. Hij sloot een grotere betrokkenheid van Nederland op langere termijn niet uit.

Kamp ging ook in op vragen van bezorgde parlementariërs naar berichten uit Irak dat de veiligheidssituatie daar zienderogen slechter wordt. „In het zuiden van Irak, waar Nederland naartoe gaat, is de bevolking gelijk van samenstelling en het is daar veiliger dan in andere delen van Irak omdat er minder incidenten zijn.”

Minister De Hoop Scheffer (Buitenlandse Zaken) reageerde op de oplaaiende geweldsspiraal in Israël. „Amerika en de EU moeten maximale druk uitoefenen opdat de ”routekaart naar vrede” niet ontspoort. De daarin gestelde einddatum mag niet opschuiven, omdat dan de druk van de ketel is.”

In antwoord op vragen van Van der Staaij (SGP) zei De Hoop Scheffer dat hij de hervormingsgezinden in Iran wil blijven steunen. Van der Staaij drong tevens aan op opschorting van het geplande handelsakkoord met Iran. „Een akkoord zou een verkeerd signaal geven”, aldus de SGP’er. Hoewel De Hoop Scheffer benadrukte dat de EU de contacten met Iran niet moet verbreken, is ook hij tegen een handelsakkoord.

In dezelfde vergadering kwam ook de Nederlandse steun aan het opzetten van beleid voor ontwikkelingssamenwerking in nieuwe EU-lidstaten aan de orde. CDA-kamerlid Van Winsen vroeg minister Van Ardenne (Ontwikkelingssamenwerking) welke rol zij daarin ziet voor kerken. Van Ardenne antwoordde dat met name Polen heeft benadrukt dat kerken draagvlak onder de bevolking kunnen creëren om meer geld uit te geven aan ontwikkelingshulp.