Opinie

Wat CU en SGP van collega’s in Israël kunnen leren

De scheidende senator Schuurman van de ChristenUnie heb ik leren kennen als zo’n aardige man dat ik me bijna onbehaaglijk voel bij de gedachte dat ik het sterk met hem oneens ben. Hij kan ook wel eens ongelukkig uit zijn slof schieten, begreep ik donderdag uit deze krant, maar doorgaans weet hij een anders sympathie snel te winnen. Zijn vriendelijkheid is vele mensen bekend.

Jan van Klinken
28 May 2011 09:48Gewijzigd op 14 November 2020 15:11

Als ik dat alles echter even buiten beschouwing laat, voel ik me eerder thuis bij zijn opvolger Kuiper dan bij hem als het gaat om de vraag hoe we het huidige kabinet moeten waarderen. Kuiper maakte deze week duidelijk dat hij intussen is gewend aan de gedachte dat de coalitie van VVD en CDA via gedoogsteun van de PVV dit land bestiert. Uit zijn uitspraken kwam naar voren dat hij de huidige constellatie als een realiteit beschouwt.

Zijn voorganger Schuurman heeft daar heel wat meer moeite mee. Die zei dat hem de rol van de PVV en ook de PVV zelf zo zeer tegen de borst stuiten dat er maar gauw een einde aan het kabinet moet komen. Bij het aantreden van Rutte en de zijnen liet hij weten absoluut niet van plan te zijn enige steun aan de nieuwe ploeg te verlenen. Ook Rouvoet moest niets hebben van het huidige kabinet. De slechtst denkbare optie, vond hij.

Kuiper zei daarover deze week dat het uitspraken betreft „van iemand die al is vertrokken.” Anders gezegd: zij komen voor rekening van de ex-partijleider. Zelf gaf hij aan dat hij wel met de PVV als gedoogpartner kan leven. Zo vertaal ik het voor het gemak maar even. In ieder geval staat hij op dit punt dichter bij de SGP dan Schuurman en Rouvoet. Laten we het daar op houden.

Nu kan ik over de PVV net zo min enthousiast zijn als Schuurman, maar zoals zo vaak in de politiek moet er gekozen worden tussen twee kwaden. En dan gun ik dit land toch eerder een beleid dat is beïnvloed door de PVV dan door PvdA of D66. Het respect van Wilders en de zijnen voor de joods-christelijke wortels van deze natie, zijn steun voor Israël en de worsteling in zijn gelederen rond het abortusvraagstuk kunnen mij meer bekoren dan de ronduit antichristelijke sentimenten bij D66 en –zij het in iets mindere mate– bij de PvdA.

Als de CU van meet af aan voor de lijn van de SGP had gekozen, zou het nu een vergelijkbare positie als de staatkundig gereformeerden hebben ingenomen. Dan had de partij nu ook aan wat knoppen kunnen draaien en dat is toch wat ook de CU graag wil. Anders zou ze niet hebben deelgenomen aan het vorige kabinet.

De SGP heeft die lijn wel op tijd ingezet en zit nu op rozen. „De SGP verloor gisteren een van de

twee zetels in de Senaat, maar de machtspositie van de partij is de komende jaren vele malen groter dan ze ooit is geweest”, analyseerde Trouw van dinsdag. Daar lijkt mij weinig op af te dingen.

Doe er iets moois mee, zou ik zeggen. Het gehakketak van de laatste dagen tussen CU en SGP betreft vooral het spel, maar in de politiek gaat het om de knikkers. Dat zit bij ons (laat ik het maar even breed houden) op de een of andere manier nog niet helemaal tussen de oren.

Waar ze dat heel goed begrepen hebben, is bij de religieuze partijen in Israël. In tegenstelling tot wat velen denken, is dat een vrij seculier land. Israël is helemaal niet zo religieus. Slechts een betrekkelijk gering percentage van de be- volking praktiseert de joodse religie. De groep die zich orthodox noemt, stelt al helemaal niets voor.

Toch heeft juist deze altijd veel invloed gehad. Dat heeft hij te danken aan zijn unieke positie in het politieke landschap. Dat bestond lange tijd uit slechts een paar grote partijen. In de praktijk konden (en kunnen) die echter alleen regeren met hulp van de kleine religieuze partijen, zeg maar met de joodse varianten op de SGP en CU. Dat heeft ertoe geleid dat die in de loop der decennia ontzettend veel hebben kunnen afdwingen.

Begin jaren negentig maakte ik kennis met een staatssecretaris van zo’n religieuze partij. Met baard, zwart gewaad en keppel zat hij achter zijn bureau. De man had een gezin van twaalf kinderen en hij onderhield de sabbat strikter dan wij de zondag. Hij was belast met huisvestingszaken en of hij daar zo veel verstand van had, werd betwijfeld, maar zijn partij zorgde wel dat de kwesties die hoog op haar lijstje stonden naar genoegen werden geregeld. In grote delen van het land reden op de sabbat geen bussen, op de nationale luchthaven was vrijwel geen bedrijvigheid, aan de steun van religieuze scholen werd gewerkt en zo was er nog een rijtje kroonjuwelen die ze binnenhaalden.

Ik vond het een grote verrassing. Dat zulke kleine minderheden zo veel konden bereiken, was louter te danken aan hun wippositie en hun vaardigheden eigen standpunten te verzilveren. Dat vergt best wat balanceerkunst, want er zijn daar verschillende religieuze partijtjes, dus je moet niet je hand overspelen. Wel, dat hoefde je die orthodoxe joden niet uit te leggen. Ze opereerden en opereren op dit onderdeel zo knap, dat ik onze christenpolitici alleen maar kan aanraden om snel bij hen in de leer te gaan.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer