„Het kabinet bestaat sinds de herfst van het vorig jaar”, aldus Van Aartsen. „Maar de minister moet nog steeds met ideeën komen. Mijn dringende oproep aan minister Donner is: schiet op. Daar hebben we recht op. Dan weet je tenminste welke richting het kabinet uit wil.”

De burgemeester van Den Haag zei dat „iedereen weet dat Nederland een slecht trackrecord heeft als het om bestuurlijke organisatie of bestuurlijke vernieuwing gaat”. „Iedereen zou nou toch eens eindelijk moeten durven om over zijn eigen schaduw heen te springen.”

Van Aartsen stelde ook dat lokale bestuurders zelf het heft in handen moeten nemen om met nieuwe, krachtigere vormen van bestuur te komen. Dit ook om tegenwicht te bieden aan de landelijke overheid. „Laten we nou eens meer naar onze eigen kracht kijken in plaats van naar boven.”

Een goed voorbeeld daarvan is volgens Van Aartsen de samenwerking in de metropoolregio Den Haag/ Rotterdam. Die twee regio’s werken al sinds enige tijd op allerlei gebieden samen. „In plaats van een nieuwe bestuurslaag te creëren, hebben de beide stadsregio’s gezegd: wij gaan gewoon met elkaar samenwerken”, aldus Van Aartsen.

Dat betekende volgens hem een breuk met het verleden, want vroeger zagen de twee regio’s elkaar vaak als concurrenten. „Burgemeester Aboutaleb van Rotterdam en ik hebben gezegd: daar maken we rigoureus een einde aan.”