Cultuur & boeken

Klassieker van Selma Lagerlöf tekent mens tussen God en duivel

De Friese grootmeester van de theologie, Oepke Noordmans, was een bewonderaar van de Zweedse schrijfster Selma Lagerlöf. Haar roman ”Gösta Berling” hield hij altijd onder handbereik. Dit opmerkelijke boek verscheen recent in een nieuwe Nederlandse uitgave.

Tjerk de Reus
14 May 2011 13:47Gewijzigd op 14 November 2020 14:58
Selma Lagerlöf
Selma Lagerlöf

Het portret van Selma Lagerlöf (1858-1940) staat op Zweeds bankpapier. Ooit, in 1909, ontving zij de Nobelprijs voor de literatuur. Binnen en buiten Zweden is zij een bekende schrijfster.

Lagerlöf schreef een middelgroot oeuvre van romans, verhalen, legenden. Haar eerste roman ”Gösta Berling” uit 1891 kreeg grote bekendheid, mede dankzij verfilmingen. In Nederland valt vooral antiquarisch veel van Lagerlöffs werk op de kop te tikken. In dit licht is het vreemd dat op internet weinig leeservaringen te vinden zijn. Lagerlöf lijkt een auteur die langzaam wegglijdt in de nevels van het verleden. Haar ”Christuslegenden” (1904) en ”Niels Holgersson’s wonderbare reis” bieden vermoedelijk de meeste weerstand aan de vergetelheid; beide boeken zijn nog altijd nieuw verkrijgbaar.

Het is daarom opmerkelijk en gedurfd dat uitgeverij Atlas nu met een mooie gebonden uitgave van ”Gösta Berling” komt. Maakt het boek kans nieuwe lezers te vinden? Zonder twijfel. Het boek is goed leesbaar, het verhaal afwisselend en boeiend. De stijl en de verteltrant mogen hier en daar een vleugje ouderwetsheid hebben, het geheel is prima toegankelijk. Elk hoofdstuk uit deze roman lijkt een nieuw, op zichzelf staand verhaal te zijn – en dat komt het leesplezier ten goede.

De centrale figuur in de roman is ex-dominee Gösta Berling. Hij is een geroepene, maar hij wordt door allerlei machten van het goede spoor afgehouden – machten binnen en buiten hem. Het boek begint met een zin die in Zweden een soort gezegde geworden is: „Ten slotte stond de dominee toch nog op de preekstoel.” Dat ds. Berling op die zondag zou preken, stond allerminst vast, want hij was een dronkaard. Uiteraard had zijn kerkenraad daar problemen mee. Maar nu hij mocht voorgaan, preekte hij vol vuur en met een diepe beleving: „Zijn geest vloog de geopende hemel tegemoet, zijn stemgeluid werd sterk en machtig en hij verkondigde Gods eer.” Toch was hij al snel daarna te vinden in het gezelschap van ex-soldaten, cavaliers, die op een landgoed annex fabriek werkten – en graag diep in het glaasje keken.

Berling beleeft in het vervolg van de roman tal van avonturen, vaak onder de ijzige winteromstandigheden. Lagerlöf legt de focus bij de innerlijke dramatiek van haar held. Dat geeft aan het boek een romantische sfeer, met hoge hoogten en diepe diepten. Berling lijkt een verworpene, maar ook een heilige. Hij werkt zich in de nesten, maakt verkeerde keuzes, maar diep in zijn hart glanst de zuiverheid. Het spanningsveld waarin hij ronddoolt heeft een hoog voltage, omdat tussen de regels door Berlings roeping steeds meespeelt. De Gösta Berling die de lezer voor zich ziet is niet de man die hij eigenlijk zou willen of zou moeten zijn. De demonische figuur van Sintram speelt hier een grote rol: hij is een mens, maar tegelijk de personificatie van de duivel. Gösta Berling is een geroepene die dwaalt tussen God en duivel.

Lagerlöf trekt graag lijnen naar de goddelijke dimensie die achter de werkelijkheid schuilgaat. Bijvoorbeeld in het opmerkelijke verhaal over kapitein Lennart. Deze raakte door toedoen van de boze Sintram vijf jaar in handen van justitie. Hij had niets misdaan, maar werd desondanks veroordeeld tot dwangarbeid. Als hij eindelijk weer vrijkomt, wordt hij dronken gevoerd door foute vrienden en zo afgeleverd bij zijn vrouw, die al jaren op hem wacht. Ze is verbijsterd, gekrenkt en verstoot hem. Kapitein Lennart aanvaardt deze tragische situatie als het lot dat hem van Godswege is toebedeeld. „Midden in zijn verwarring was hij door een gedachte getroffen: in deze wereld gebeurt niets buiten Gods wil. Helemaal niets. „Waarheen wilt Gij mij leiden?” vroeg hij. „Ik ben als een veer die dwarrelt op uw ademtocht. Ik ben uw speelbal. Waarheen wilt Gij mij voeren? Waarom sluit Gij de deuren van mijn huis voor me?” Hij ging van zijn huis weg in het geloof dat dit Gods wil was.” Zijn verdere belevenissen bewijzen dat hij inderdaad een geroepene is. Hij komt bij het sterfbed van een boer, die tevreden meldt dat hij God tegemoet gaat in het besef het er prima van afgebracht te hebben. Kapitein Lennart spreekt hem fel tegen en houdt een donderpreek over nederigheid – wat de boer tot inkeer brengt, waarna hij in vrede zijn ogen sluit. „Hij [de kapitein] staat zelf verstomd. De gave van het krachtige woord is hem gegeven. Hij weet niet hoe. Hij trilt als een vlinder op de rand van zijn cocon terwijl zijn vleugels zich voor het eerst in de zonneschijn ontplooien.”

Toen de theoloog Oepke Noordmans ”Gösta Berling” in handen kreeg, was hij diep getroffen. Hij bleef die hele dag lezen, vergat zijn maaltijden. Hij noteerde in verschillende artikelen leesobservaties. De cavaliers, het groepje ex-soldaten bij wie Berling betrokken raakte, typeerde Noordmans als „de vertegenwoordigers van de eeuwige zwerver, die er in ieders hart woont en die moeite heeft om zich vast te leggen in de aardse beperktheid.” Als Noordmans later zijn bekend geworden artikel ”Predestinatie” schrijft, over de uitverkiezing, begint hij niet met theologie, maar met het verhaal van kapitein Lennart, juist „omdat hier de predestinatie geheel los staat van alle theologische overwegingen. Toch schijnt het mij toe van de christelijke gedachte vervuld te zijn.” In de donkere dramatiek van ”Gösta Berling” herkende Noordmans het daadwerkelijke leven, waarin licht en duister zich afwisselen in een onnavolgbaar patroon. Simplistisch spreken over goddelijke levensleiding en over uitverkiezing wilde Noordmans niet. Wat Selma Lagerlöf in haar proza toont, raakte hem als de juiste vertolking van een eeuwenoud christelijk geloofsinzicht. Daarom, schrijft Noordmans, „heeft het boek steeds tot mijn meest vertrouwde lectuur behoord. Het staat nu vlak onder mijn bereik, niet ver van Nestle’s Nieuwe Testament.”


Boekgegevens

”Gösta Berling”, door Selma Lagerlöf, vert. Greta Baars-Jelgersma; uitg. Atlas, Amsterdam, 2011; ISBN 978 90 450 1739 6; 480 blz.; € 29,95.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer