James Eglinton: Schotse calvinisten keken op tegen Nederlanders
Nederland en Schotland waren verbroederd in de zeventiende en de achttiende eeuw. Op kerkelijk gebied was er allerlei uitwisseling. Maar Nederland bleef wel de grote broer.
James Eglinton belichaamt zelf de oude kerkelijke relaties tussen beide landen. Als Schots theoloog kwam hij vorig jaar naar Kampen om onderzoek te doen naar de historische relaties. Vandaag hield de Theologische Universiteit Kampen (TUK) de conferentie ”Precious ties of a common faith” over de calvinistische betrekkingen.
Eglinton beperkte zich tot het hoogtepunt in die relatie in de zeventiende en de achttiende eeuw. Dr. Esther Mijers richtte zich op de periode die daaraan voorafgaat. Prof. David Fergusson sprak over de negentiende eeuw. En wie zich afvroeg of Groen en Kuyper in Kampen nog meedoen, werd bediend in de slotlezing van prof. George Harinck.
Vooral in de zeventiende en de vroege achttiende eeuw waren er veel directe contacten, weet Eglinton. „Er werd veel lectuur uitgewisseld. In Nederland las men bijvoorbeeld het werk van Samuel Rutherford en zijn tijdgenoot John Brown of Wamphray. En in Schotland was het boek van de Nederlander Johannes à Marck –bij ons Marckius geheten– een standaardwerk. Dat werd gebruikt door calvinisten van alle groepen.
Ook Herman Witsius was bekend. Witsius en Marckius namen een middenpositie in in het debat over de verbondstheologie.
De boeken van deze theologen waren vooral in het Latijn geschreven en bedoeld voor de academische wereld. Daarnaast zijn er ook veel preken in het Nederlands vertaald van mensen als Boston en de gebroeders Erskine. De Nederlander Jacobus Koelman –door ons James Koelman genoemd– heeft daarin een belangrijke rol gespeeld.
Behalve literaire contacten waren er andere relaties. Veel Schotse theologen hadden in Nederland gestudeerd. En Rutherford is, meen ik, nog twee keer gevraagd hoogleraar te worden in Nederland. En dan is er de figuur van Alexander Comrie. Die is na zijn studie in Nederland gebleven en heeft daar zijn invloed gehad. In Schotland is alleen zijn naam nog bekend.”
Wanneer zijn die kerkelijke contacten ontstaan?
„Dat is moeilijk te zeggen. Al volgens onze oudste bronnen uit de twaalfde eeuw waren er Nederlanders in Schotland. Ze woonden in steden en dorpen die belangrijk waren voor de Schotse kerk.
Door de handel was er een doorlopende uitwisseling. De calvinistische contacten vonden dus niet plaats in een vacuüm. Ze hadden een culturele inbedding.
De Reformatie verliep in beide landen vergelijkbaar. Na een eerste kennismaking met Luther wendden de stevens zich naar Calvijn. Enkele Schotse rooms-katholieken gingen tijdens hun studie in Nederland over tot het protestantisme.”
We weten dat het eerste reformatorische boek vanuit Engeland al in 1598 in Nederland verscheen; ”Een excellent tractaat van de consciëntie” van William Perkins. Is bekend welk boek als eerste uit Schotland kwam?
„Dat is lastig met zekerheid te zeggen. Veel gereformeerde boeken in Schotland kwamen ook uit Engeland. Sommige zijn zelfs vertaald in het Gaelic.”
Waarin zit de overeenkomst tussen Schotland en Nederland?
„Ik denk dat beide landen in Europa dezelfde positie hadden. Frankrijk was rooms-katholiek gebleven en zijn protestanten verspreidden zich over andere landen. Scandinavië was luthers geworden. Engeland was anglicaans, dat toch een aparte identiteit is.
Nederland en Schotland waren samen de enige uitgesproken calvinistische landen. Daarin zit een belangrijke overeenkomst. Dat leidde vanzelf tot wederzijdse interesse en de bereidheid elkaar te helpen. Er waren natuurlijk al eeuwenoude betrekkingen.
Toch waren er ook grote verschillen. Nederland beleefde zijn gouden eeuw. Het was een rijk en belangrijk land. De Schotten waren in die tijd arm. Het land had niet zulke bekende universiteiten als Leiden en Leuven.
Dat alles maakte Nederland voor de Schotten aantrekkelijk. Het was een rijkere, sterkere broeder. Wel met dezelfde theologische identiteit, maar met betere middelen. Nederland was een bron van bemoediging voor Schotland.”
Waren er ook gezamenlijke theologische interesses?
„Ja, calvinisten in beide landen voerden debatten over dezelfde onderwerpen. Schotland importeerde eigenlijk twee thema’s uit Nederland, namelijk dat van het arminianisme en de verbondstheologie. Die onderwerpen hebben de zeventiende en de achttiende eeuw gestempeld.”
U noemde al de vertaalde preken van Boston en de Erskines. Die vonden weerklank bij de gewone kerkganger. Werden andersom in Schotse woningen ook preken van Nederlanders gelezen?
„In mijn korte tijd in Nederland heb ik gemerkt dat veel van deze Schotse namen bekend en geliefd zijn in sommige kerken. De bevinding van deze schrijvers maakt nog steeds mensen enthousiast. Andersom ben ik dat nooit tegengekomen. Ik weet geen Nederlandse preken die in het Schots of Gaelic zijn vertaald. Hoe dat komt, blijft gissen. Misschien dat de Nederlandse accenten vanzelf al doorklonken omdat veel Schotten in Nederland hadden gestudeerd. Of dat er geen gat in de markt was omdat er voldoende boeken van eigen bodem waren.
Wellicht waren Nederlanders ook ontvankelijker voor buitenlandse invloeden. Het was toen al een open land met een open cultuur. Dat gold ook voor de kerk.”
In Kerkbreed komt iedere week een persoon aan het woord die een reflectie geeft op een opvallende gebeurtenis of ontwikkeling in het kerkelijk leven. Vandaag dr. James Eglinton, onderzoeker aan de Theologische Universiteit Kampen (TUK), die vanmiddag sprak op de conferentie over Nederlands-Schotse betrekkingen.
Eglinton
Dr. James Eglinton (1982) werd geboren in Inverness, het „Groningen van Schotland”, zoals hij het noemt.
Na zijn studie theologie aan het Free Church College en de universiteit van Edinburgh diende hij in die stad enkele jaren als assistent-predikant van St. Columba’s Free Church.
In november 2010 promoveerde hij in Edinburgh op een proefschrift over de Nederlandse theoloog Herman Bavinck (1854-1921). Hij typeerde die als bruggenbouwer tussen kerk en cultuur.
Na zijn promotie werd hij voor twee jaar aangesteld als onderzoeker aan de Theologische Universiteit Kampen, om de Nederlands-Schotse relaties te onderzoeken.
Eglinton is getrouwd en heeft één zoon.