Rob Riemen bedoelt het goed maar brengt het slecht
De Tilburgse filosoof Rob Riemen, die ophef veroorzaakte met zijn uitspraken over de PVV, pleit in zijn werk voor waarheid, schoonheid en veredeling van de geest. Dat zijn mooie en goede idealen, vindt dr. Hans Ester. Riemen heeft echter geen bevredigend antwoord op de vraag hoe die gestalte moeten krijgen.
Rob Riemen is directeur van het Nexus Instituut, dat enkele malen per jaar de beste intellectuelen van de wereld naar Nederland haalt om op hoog niveau met elkaar in gesprek te gaan. De Tilburgse filosoof heeft de laatste tijd de aandacht getrokken met zijn uitspraken over de PVV, die hij als een fascistische partij ziet. Deze week was er nog ophef over de 4 meiherdenkingslezing die hij hield aan de Universteit Utrecht. De PVV-fractie in de Utrechtse Provinciale Staten maakte daar bezwaar tegen.
Net als de Engelse filosoof Frank Furedi (”Waar zijn alle intellectuelen toch gebleven?”) is Riemen van mening dat de intellectuelen van Nederland en Europa het bijltje erbij hebben neergegooid, dat zij dus niet de geestelijke aanvoerders zijn die de samenleving dringend nodig heeft. Die Europese samenleving van dit moment is volgens Riemen volledig gefixeerd op oppervlakkig genot, buitensporig veel eten en drinken, op lange vakanties in exotische landen en op alle mogelijke vormen van kitsch. Seks is waarde nummer één. In wezen beheersen de barbaren onze cultuur. In zijn boek ”Adel van de geest. Een vergeten ideaal” en het daarna gepubliceerde ”De eeuwige terugkeer van het fascisme” schetst Riemen een somber beeld van de huidige cultuur, waarbij het tweede boek de dreiging van een fascistische politieke en sociale orde in het kielzog van Wilders en de PVV als reëel toekomstbeeld beschrijft.
Thomas Mann
Rob Riemen pleit in zijn werk voor waarheid, schoonheid en veredeling van de geest. Mooie idealen, maar hoe geven we die concreet gestalte? Riemen antwoordt: Door middel van de kunst. Hij haalt voortdurend de Duitse schrijver Thomas Mann aan als een vurig pleitbezorger van de democratie. Of Mann een goede keuze is om de genoemde idealen te laten vertegenwoordigen, betwijfel ik. Zijn leven lang verwierp deze schrijver de eenheid van kunst en zedelijkheid. Er zitten sterke decadente trekken in alles wat hij schreef. Daar valt geen politieke orde op te baseren.
Nog bonter maakt Riemen het wanneer hij in zijn boek over het fascisme de filosoof Friedrich Nietzsche voor zijn karretje spant. Enerzijds noemt hij Nietzsche als denker die niets meer absoluut neemt behalve de vrijheid om je driften uit te leven, anderzijds is Nietzsche voor hem de profeet die de ondeugden van de massamaatschappij met een scherp oog heeft gezien. Vermoedelijk is Riemen te veel een navolger van Thomas Mann om zich al te kras over het gevaar dat Nietzsche heet uit te laten. Maar vreemd blijft de verheerlijking door Riemen van het idool Nietzsche in het licht van wat deze tegen de waarden, bovenal de christelijke waarden, heeft geschreven. Je kunt dus niet tegelijkertijd de zogenaamde nihilistische intellectuelen bestrijden, terwijl je de nihilistische filosoof bij uitstek, Nietzsche, op het schild heft.
Franz Werfel
Jammer dat Riemen zijn versteende voorbeelden niet los kan laten. Hij zou eens te rade moeten gaan bij Franz Werfel, die al in 1929 in zijn geschrift ”Kunnen we zonder geloof in God leven?” het nationaalsocialisme helder analyseerde. Voor Werfel is het extreme nationalisme een vervanging van het geloof. Het verkeerde nationalisme maakt het biologische feit van ergens bij te horen tot een moreel criterium. Het ik voelt zich verheven omdat het deel is van een hoger wezen, van een tot iets edels opgetilde totaliteit. Daar stelt Werfel tegenover dat het heil van de mensheid nooit van filosofische systemen, van sektes en splinterreligies uit kan gaan. Het heil kan slechts uitgaan van een algemene, wereldomvattende geloofsopvatting.
Werfel: „Ik voel mij krachtens oeroude bloedverwantschap en wezensverwantschap juist als Jood tot de volgende overtuiging gerechtigd: Die wereld, die zich beschaafd noemt, kan zielkundig slechts genezen, als zij de weg tot een waarachtig christendom terugvindt. Waarom? Omdat de leer van Christus, dat moet het diepere inzicht belijden, in de eerste plaats totaal niet uitgeput is. Nee, van deze leer van Christus beginnen we nu pas te vermoeden wat zij betekent. Zij steekt met sterrenhoogten uit boven de progressieve bewegingen, als het om religieuze en ethische waarden gaat.”
Pas wanneer wij ons van de eeuwige volkomenheid van God bewust zijn, erkennen we de eigen onvolkomenheid. Dan oordelen we, zo luidt Werfels overtuiging, over ons eigen leven. Een heilig gevoel van schuld ontstaat op deze weg en daaruit komt het verlangen naar ommekeer, verbetering, verfijning en vooruitgang voort. Dan ontstaat er eerbied voor al het aardse en verandert deze eerbied de relatie tot onze medemens.
Alleen de eerbied, aldus Werfel, kan een sociale en nationale belangengemeenschap tot een waarachtige en algemene broederlijkheid transformeren, zoals alleen eerbied en respect de seksualiteit in liefde veranderen. Ziedaar, Rob Riemen, de waarheid en de waarden waar u zo naar verlangt.
Wat zou het mooi zijn wanneer het Nexus Instituut Franz Werfel een tijdlang in het middelpunt van de aandacht zou plaatsen.
De auteur doceert literatuurwetenschap aan de Radboud Universiteit Nijmegen.