„Wereld moet foto’s dode Bin Laden zien”
LEIDEN – De CIA verwacht, eerder of later, de openbaarmaking van beelden met daarop het lichaam van Osama Bin Laden. Hoe moet een christen aankijken tegen het tonen van een dode?
Prof. dr. G. G. de Kruijf, hoogleraar ethiek aan de PThU in Leiden, meent dat de terughoudendheid die geboden is bij het tonen van een dode, niet opweegt tegen de noodzaak om de wereld te overtuigen van de dood van Osama bin Laden.
Normaal gesproken, zegt hij, is het vaak beter om terughoudend te zijn bij laten zien van een dode, zeker als de foto’s van het lichaam verschrikkelijk zijn. „Hier staan echter zulke grote belangen op het spel dat het goed is om de opnames wél te laten zien.” Daarmee verandert de principiële discussie volgens de hoogleraar in een strategische discussie.
„Je kunt moeilijk zeggen: „Híér zijn we er eigenlijk tegen, maar we snappen de keuze van president Obama.” Vanuit zijn positie bekeken vind ik het te link om een principiële positie te kiezen. Je moet deze positie afwegen tegen de vraag wat noodzakelijk is om de wereld tot rust te brengen. Een principieel standpunt innemen, kan grote onrust teweegbrengen.
Naar mijn mening is het principe dus niet absoluut en het tonen van dode mensen niet bij voorbaat afkeurenswaardig.
Waarom is het goed om hierin, normaal gesproken, terughoudend in te zijn?
„De dood is iets intiems en hoort bij de privésfeer. Daarbij vinden wij het niet gepast om met een dode onze triomfen te vieren, uit piëteit met de overledene.”
Maakt het hiervoor nog uit of je christen bent of niet?
„Ik denk dat eerbied voor doden iets is wat mensen in het algemeen beschaafd zullen vinden.”
Maar stel dat een christelijke krant de afweging moet maken tussen het wel of niet plaatsen van deze beelden.
„Ik kan me voorstellen dat de hoofdredacteur van een christelijke krant zegt: „Onze doelgroep hoeft niet overtuigd te worden van de dood van Osama en daarom plaatsen we –uit piëteit met de dode– geen beelden van het lichaam. Dan onderscheid je je.”
Terwijl er, zei u, eigenlijk geen verschillen zijn tussen christenen en andersdenkenden op dit punt.
„Het zou denkbaar zijn dat een seculiere krant hetzelfde standpunt inneemt en toch denk ik dat dit niet gebeurt. Ik denk dat elke krant hiermee wil scoren. Niet iedereen zal het principiële standpunt in acht nemen.
De positie die je inneemt is dus bepalend. Hoe staat u hier persoonlijk als christen in?
„Omdat ik Obama vertrouw, heb ik er geen enkele behoefte aan om foto’s van Osama bin Laden te zien.”