Binnenland

Recht op vervolging stond weer ter discussie

AMSTERDAM (ANP) – Opnieuw heeft Bram Moszkowicz maandag de ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie (OM) in de strafzaak tegen Geert Wilders ter discussie gesteld. Het was al duidelijk dat Wilders graag zou zien dat het proces wegens onder meer aanzetten tot haat wordt gestopt en zijn advocaat had daar nu weer de gelegenheid voor. De rechtbank beslist op 23 mei of Moszkowicz gelijk krijgt.

Binnenlandredactie
2 May 2011 09:01Gewijzigd op 14 November 2020 14:46
Wilders (r.) en zijn advocaat Moszkowicz. Foto ANP
Wilders (r.) en zijn advocaat Moszkowicz. Foto ANP

De raadsman betoogde uitgebreid dat Wilders geen eerlijk proces krijgt. Dat is volgens hem onder meer te wijten aan raadsheer Tom Schalken van het gerechtshof in Amsterdam. Hij zou zijn persoonlijke afkeer van Wilders hebben laten doorklinken in de beschikking die het OM opdracht gaf Wilders te vervolgen. De beschikking zou al een veroordeling inhouden. Verder zou Schalken een pro-Wilders getuige, arabist Hans Jansen, tijdens een etentje hebben geprobeerd te beïnvloeden. Dat zou hij ook hebben geprobeerd met de publieke opinie, door een artikel in een vakblad te schrijven en door te discussiëren met publicist Paul Scheffer.

Er hebben zich de afgelopen maanden nog meer figuren uit rechterlijke kringen uitgelaten over de strafzaak tegen de PVV-leider, allemaal tot ongenoegen van de verdediging. Onder hen waren een adviseur van de Hoge Raad en de president van dit hoogste rechtscollege. Al deze mensen hebben zich volgens Moszkowicz niet gehouden aan de gouden regel dat een verdachte onschuldig is tot het tegendeel is bewezen.

Hoewel het Openbaar Ministerie (OM) volgens de advocaat part noch deel heeft aan een ‘juridisch complot’ tegen Wilders, zou het toch de last ervan moeten dragen. Wilders’ belangen zijn volgens de verdediging zodanig geschaad dat de rechtbank het OM niet-ontvankelijk zou moeten verklaren.

Het OM vindt dat het niet gestraft moet worden voor dingen die worden gedaan of gezegd door mensen buiten het proces. Het gaat ook niet om personen die zich met de opsporing in de zaak-Wilders hebben beziggehouden, stelt het OM. Niet-ontvankelijkheid zou een buitenproportioneel zware straf zijn.

Overigens zijn de aanklagers van mening dat de opdracht van het hof binnen de grenzen van de wet is gebleven. Bij dergelijke beschikkingen is het gewoonte dat het hof op de stoel van het OM gaat zitten, omdat het nu eenmaal moet bepalen of een zaak voor de rechter moet komen.

Wilders zelf nam het laatste woord waarin hij nog eens benadrukte dat hij voor zijn gevoel geen eerlijk proces krijgt.

Als de rechtbank op 23 mei Moszkowicz en Wilders in het gelijk stelt, stopt het proces. Zo niet, dan komt de rechtbank na maanden van procedureel gedoe toe aan waar de zaak om draait: aanzetten tot haat en tot discriminatie en groepsbelediging.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer