Binnenland

„Geen nieuw zorgstelsel in 2006”

Het kabinet-Balkenende wil in 2006 een nieuw zorgverzekeringstelsel invoeren met gereguleerde marktwerking. Onmogelijk, denken kopstukken uit de zorgsector. „Dit gaat niet binnen één kabinetsperiode lukken.”

Redactie politiek
6 June 2003 11:28Gewijzigd op 14 November 2020 00:21

Wat wil het nieuwe kabinet precies met de zorgverzekeringen? Drs. F. B. M. Sanders, voorzitter van de Raad van Volksgezondheid en Zorg (RVZ), zet de plannen tijdens een congres over het Nederlandse zorgstelsel op een rijtje. Per 2006 verdwijnt het verschil tussen ziekenfonds- en particuliere verzekeringen. Iedereen moet dan een nominale, vaste premie gaan betalen. Daarbij komt een eigen risico van 200 euro voor ieder volwassene.

Het eigen risico is bedoeld als ’remgeld’, zodat mensen niet zo maar een beroep doen op de zorg. Het kabinet wil de eigen betaling per 1 januari 2005 invoeren. „Daarvoor moet dan wel voldoende compensatie zijn”, vindt dr. H. van der Velden, FNV-woordvoerder over gezondheidszorg. Dat wordt geregeld, verzekert CDA-kamerlid Buijs. Het kabinet zal zo snel mogelijk na invoering van die lastenverzwaringen met maatregelen komen.

Het nieuwe stelsel krijgt ook te maken met gereguleerde marktwerking. „Velen vrezen dat private zorgondernemingen woekerwinsten nastreven en dat de zorg nu heel duur wordt”, zegt Sanders. „De cijfers wijzen erop dat deze vrees onterecht is. De bedrijven maken niet veel winst, en een groot gedeelte daarvan investeren ze bovendien opnieuw in hun bedrijf.” Desondanks kan winstmaximalisatie een risico zijn, denkt Sanders. „Daarom baart het de RVZ zorgen dat er geen normen zijn die dat bij voorbaat aan banden leggen.”

Marktwerking is prima, vindt Sanders. „Het is echter niet gewenst voor acute zorg, zoals eerste hulp. Evenmin voor specialistische opleidingen. Die kun je niet aan de markt overlaten, want dan komt de verscheidenheid in gevaar.” Hij verwacht niet dat een verplichte basisverzekering voor iedereen zorgt voor een daling van de zorguitgaven. „Het recht op zorg is uit het regeerakkoord verdwenen. Maar concrete maatregelen om zorgaanspraken te beperken, zullen leiden tot een moeilijke politieke discussie.”

De Nederlandse Patiënten en Consumenten Federatie (NPCF) mist veel in het debat over het nieuwe zorgstelsel, zegt NPCF-directeur drs. I. van Bennekom-Stompedissel. „Het gaat altijd over de kosten van de zorg. Let ook eens op de baten ervan. De sector biedt werkgelegenheid aan tienduizenden mensen. Bovendien doen die nuttig werk. Ze verhogen de kwaliteit van het leven.”

Van Bennekom vindt een stelselverandering helemaal niet nodig. „Er moet juist een verbetering komen. Duizenden mensen leven in Nederland onder de armoedegrens vanwege hun hoge zorgkosten. Daar moet iets aan worden gedaan.”

Dr. M. F. M. Canoy, hoofd Institutionele Analyse bij het Centraal Planbureau, is positief over het nieuwe stelsel. „Dit systeem vangt de trends in de gezondheidszorg, zoals vergrijzing en individualisering, beter op dan het oude stelsel. Daarom lijkt het me in ieder geval de moeite waard om het te proberen.”

Hij vraagt zich wel af of het kabinet de strakke tijdsplanning kan aanhouden. Invoering van een nieuw zorgverzekeringsstelsel in 2006 lijkt hem bijna onmogelijk. „Er moet bijvoorbeeld een mededingingsautoriteit komen, die toezicht houdt op de zorginstellingen. Zoiets moet bij wet worden geregeld en het duurt jaren voordat zo’n wet van kracht is en de kartelwaakhond zijn werk kan doen.”

Deze analyse wordt gedeeld door hoogleraar dr. W. P. M. M. van der Ven van de Erasmus Universiteit in Rotterdam. „Het nieuwe Nederlandse zorgverzekeringsstelsel is uniek in Europa. Brussel kent hierover nog geen regelgeving. Dat zal de invoering van het stelsel vertragen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer