Tijdbom vraagt andere mentaliteit
Vooraanstaande economen én De Nederlandsche Bank waarschuwen dat de financiële sector nog altijd kwetsbaar is. Behalve hogere buffers bij banken en particulieren is een mentaliteitsverandering bij bankiers nodig. Het is de vraag of deze er snel genoeg komt.
Deze week publiceerde De Nederlandsche Bank (DNB) zijn halfjaarlijkse Overzicht Financiële Stabiliteit. Hierin wordt geconstateerd dat de financiële sector in Nederland, ondanks het economisch herstel, nog steeds kwetsbaar is voor nieuwe schokken. Risico’s zijn er rond de toegenomen overheidsschuld en de leegstand van commercieel onroerend goed. Daarnaast leidt oplopende inflatie op termijn tot hogere rentetarieven. Voor huiseigenaren kan dit negatief uitpakken, juist doordat de komende jaren bij velen de rentevaste periode van de hypotheek afloopt. De centrale bank pleit daarom voor hogere buffers voor huishoudens, bijvoorbeeld door verplicht te stellen dat een groter deel van de hypotheeklening moet worden afgelost.
De risico’s voor de banken dienen eveneens gepareerd te worden met hogere buffers. De reserves die conform nieuwe internationale afspraken moeten worden aangehouden, zijn niet hoog genoeg voor Nederland met zijn relatief grote financiële sector. Vooral de banken die zo groot zijn dat ze niet mogen ‘omvallen’ moeten daarom nog hogere buffers aanhouden.
Waar het rapport van DNB waarschuwt, trekken voormalig SER-voorzitter Wijffels en de hoogleraren Boot, Engelen en Schenk hard aan de alarmbel. In de actualiteitenrubriek Nieuwsuur gaven de economen onafhankelijk van elkaar aan te vrezen voor een nieuwe financiële crisis. De banken gaan in hun ogen onverantwoord om met het spaargeld van de burger, er is tot dusver niets wezenlijks veranderd in de wet- en regelgeving en de politiek durft niet in te grijpen. De grote omvang van de financiële sector in verhouding tot die van de economie omschrijven zij als een tikkende tijdbom.
Schenk en Engelen bevelen aan een scheiding tussen de zakenbank- en spaarbankactiviteiten aan te brengen, aangezien banken met de spaargelden risicovolle activiteiten financieren, terwijl de overheid garant staat voor het spaargeld. Wijffels wijst op de bonuscultuur („een premie op het nemen van risico”), die internationaal nog altijd sterk aanwezig is. Boot vindt dat de banden tussen overheid, banken en toezichthouders („één grote golfclub”) te nauw zijn. Engelen omschrijft bankiers als dubieuze handelaren in tweedehandsauto’s.
Op de harde uitspraken van de economen valt het een en ander af te dingen. In G20-verband wordt gesproken over verdere verzwaring van de eisen voor cruciale banken, het depositogarantiestelsel wordt door de banken zelf gefinancierd en de politiek heeft naar aanleiding van de bevindingen van de commissie-De Wit diverse initiatieven genomen. Minister van Financiën De Jager is druk doende met het aanscherpen van de regels rond hypotheken. Het weer opduiken van grote bonussen is vooral een buitenlands (Angelsaksisch) fenomeen. In Nederland besloot ING-topman Hommen, na druk vanuit Den Haag, al snel toch maar af te zien van zijn bonus.
Toch zijn de waarschuwende woorden van de economen terecht. Cruciaal voor een goed functioneren van het bankwezen is vertrouwen. Niet alleen vertrouwen dat de banken voldoende geld in kas hebben en aan hun verplichtingen kunnen voldoen, maar zeker ook in de motieven en bedoelingen bij de ondernomen activiteiten. De Nederlandsche Bank ziet toe op de eerstgenoemde vorm van vertrouwen (het macroprudentieel toezicht op de banken), de Autoriteit Financiële Markten is verantwoordelijk voor het zogenaamde gedragstoezicht.
Een jaar geleden verklaarde de AFM het centraal stellen van het klantbelang door financiële instellingen tot een van de belangrijke thema’s voor het toezicht. In het recent uitgekomen jaarverslag 2010 wordt gemeld dat de sector bemoedigende eerste stappen heeft gezet om het vertrouwen terug te winnen, maar dat er nog vele stappen gezet moeten worden. De uitspraken van de vier economen maken duidelijk dat hiervoor een drastische mentaliteitsverandering in de top van de bancaire sector nodig is. Betwijfeld mag worden of deze er snel zal komen. Ondertussen tikt de tijdbom onder de financiële sector door.
De auteur schrijft op freelancebasis over ontwikkelingen in de economie en op de financiële markten.