Drs. Dekker: Kerk in Nederland verkeert in crisis
OOSTERWOLDE – Afbraak, crisis, interne secularisatie. Het zijn ferme woorden die drs. W. Dekker voor de kerk in het Westen gebruikt, inclusief het gereformeerde deel. „De situatie is ook daar ernstiger dan men denkt.”
Drs. W. Dekker doet in zijn nieuwe boek ”Marginaal en missionair” (uitg. Boekencentrum, Zoetermeer) een oproep om tot de kern van het geloof te komen: het leven met de Gekruisigde. „Volharden kan alleen wanneer we delen in de pijn om Zijn verwerping.”
Drs. Dekker, studiesecretaris van de zendingsvereniging IZB, spreekt regelmatig jonge predikanten die met lede ogen moeten aanzien hoe hun kerken leger worden, de zondagse dienst minder bezocht wordt en de prediking de mensen nauwelijks raakt. Kinderen van betrokken kerkleden zijn veel vatbaarder voor het „virus van het ongeloof” dan gedacht, schrijft drs. Dekker in zijn boek, dat donderdag wordt gepresenteerd.
Drs. Dekker doet een beroep op het historische geheugen: de discussie over godsverduistering in de jaren tachtig van de vorige eeuw. „Het verbaast me werkelijk dat men die discussie na zo korte tijd al weer vergeten is. Net alsof wij als kerk besluiten dat het over is. Dan denk ik: Of God is veranderd, of wij hebben ons vergist. Maar is dat laatste waar? Ik denk dat H. Berkhof gelijk had toen hij in de jaren vijftig in zijn boek ”Christus de zin der geschiedenis” de stelling poneerde dat de huidige afval de gestalte van het lijden met Christus is, zoals eertijds de brandstapels in de vroege Reformatie.”
Oordeel
Volgens drs. Dekker verkeert de kerk in een crisis. „Crisis is hetzelfde als oordeel en als we geloven dat God ook in het oordeel regeert, kan Hij er toch ook niet buiten staan, zo is mijn overtuiging. Maar als je spreekt over het oordeel, vinden mensen je pessimistisch. Mensen willen bemoedigd worden en troost ontvangen.”
Dat laatste mag ook wel, maar de afbraak moeten we onder ogen zien, aldus drs. Dekker. „Als je de afval beziet in het licht van het kruis, alleen dan kun je ook volharden in een tijd dat de kerk steeds kleiner wordt. Je lijdt als het ware met Christus mee om de afwijzing van Zijn Evangelie.”
Drs. Dekker is lid van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) die heeft uitgesproken missionair te willen zijn. Maar hóé moet de kerk missionair zijn? „De PKN wil missionair zijn en zo tot de kern van het geloof komen. Dat is mogelijk, omdat je in het missionaire gesprek tot diepere bezinning komt op wat je werkelijk gelooft. Maar sinds de jaren zestig hebben we ook gezien dat de gedachte dat we als kerk naar buiten moesten juist tot afkalving leidde. Vele pogingen om de wereld te ontmoeten, hebben geleid tot een steeds verdere aanpassing van de kerk aan de wereld, en nauwelijks tot nieuwe bekeerlingen. Er kwamen misschien wel enkele mensen via de voordeur naar binnen, maar er gingen tientallen anderen via de achterdeur weer naar buiten.”
Het gevaar van de Protestantse Kerk is dat zij een kerk is zonder duidelijke identiteit. „We hebben duidelijke belijdende publicaties van de synode ontvangen, waar ik dankbaar voor ben. Maar het heersende klimaat is dat er duizend bloemen moeten bloeien. Wie de moeite neemt via internet verschillende kerkdiensten te beluisteren, kan de meest tegenstrijdige dingen horen. Het geloofsgesprek waarin je elkaar werkelijk bevraagt, wordt veel te weinig gevoerd.”
Laagdrempelig
Drs. Dekker keert zich tegen de trend om kerkdiensten steeds algemener en laagdrempeliger te maken. Een kostbare vergissing, vindt hij. „Als je de grote woorden van het kruis en de opstanding van Jezus Christus laagdrempelig wilt maken, loop je een ernstig risico het heilige te verkwanselen en het Evangelie te vervormen tot een boodschap van goedkope genade.”
Volgens drs. Dekker worden mensen niet meer innerlijk geraakt door de aanwezigheid van God. „Hoe komt het dat mensen zo gemakkelijk een dienst overslaan? Waarom zitten ze zo vaak in de kerk terwijl ze er niets van meenemen? Dat heeft te maken met de manier waarop we in het leven staan. Wanneer we zes dagen per week onze missie niet verstaan, hebben we niet zo’n behoefte aan een zondag.”
Het gaat in de prediking en de liturgie om de bevindelijke ontmoeting met God, aldus de IZB-studiesecretaris. „De kern van het geloof is: de mens wordt vanuit zijn verlorenheid gezet in Christus als een nieuwe schepping, het oude leven is voorbijgegaan. Dat mensen dit niet beleven, komt omdat zij óf er niet uit leven óf ze worden door de prediking niet op dat spoor gezet. Ik wil dus niet met de beschuldigende vinger wijzen naar kerkmensen, maar ook de nood der prediking aan de orde stellen. De nood der kerk is de nood der prediking.”